In de barre winter van 1963 was 18 januari een bijzonder koude dag. Het vroor bij de start 18° Celsius, bij zwakke wind. Om 9 uur was de temperatuur opgelopen tot ongeveer -4° Celsius, maar een noordoostenwind stak rond die tijd op en nam geleidelijk toe tot krachtig. De temperatuur daalde van -6° Celsius om 11 uur tot -10° Celsius tegen middernacht. De combinatie van matige vorst met de krachtige en af en toe harde oostenwind zorgde voor een zeer lage gevoelstemperatuur. Daarnaast was er veel stuifsneeuw, terwijl over Friesland al een pak van 20 cm sneeuw lag. Het ijs was op veel plekken amper begaanbaar. In het ijs zaten ontelbare scheuren, hobbels en spleten. Reinier Paping werd 1e in 10:59 onder deze barre omstandigheden.

De elfstedentocht van 1963