Ik was 14 jaar en woonde in een leefgroep.
Nadat ik hier ongeveer een half jaar woonde, kwam er een meisje uit Bosnië bij ons wonen. De oorlog kwam ineens heel dichtbij. We werden al snel maatjes en gingen als zussen met elkaar om. We waren daar met ongeveer 10 kinderen en dat waren min of meer dan ook n beetje broertjes  en zusjes, maar wel allemaal met hele verschillende achtergronden.
Nu gingen we iedere avond naar het journaal kijken, en hoewel we altijd strijd voerden om wie wat mocht zien, was dat nu ineens voorbij. Onze nieuwe zus wist niet of haar ouders nog in leven waren. Ze vertelde ons haar verhaal,  hoe ze met een oom en tante waren gevlucht en hoe hartverscheurend haar ouders haar hadden gesmeekt weg te gaan van hen. Ik zal dit nooit weer vergeten. Ik ging in een dorpje in twente naar school in die tijd. Bij onze in de klas waren sommige klasgenoten erg racistisch en zeiden vreselijke dingen over vluchtelingen die me zo raakten want ik woonde samen met een vluchteling waar ik van hield. Ik en een vriendinnetje werden dan altijd heel erg boos, dat vonden ze natuurlijk alleen maar leuk en daarom werd het nog erger. Zo erg dat we op een dag in de klas kwamen en er hakenkruizen op het bord waren getekend. Hoe meer ik er tegen in ging, hoe meer het mij opvrat en hoe verdrietiger ik er van werd. Ik merk dat nu precies hetzelfde gebeurt, in het racismedebat.
Ik denk dat bovenstaande ervaringen er aan bijgedragen hebben tot het mens dat ik nu geworden ben . Ik heb me altijd ingezet voor vluchtelingen. En ook actie gevoerd, het opgenomen voor bedreigde christenen, vluchtelingenwerk, helpen op Lesbos. En nu opkomen voor de #500 kinderen en me verzetten tegen racisme, het is wie ik ben en het hoort bij mij. Het is alleen nu eenmaal niet altijd makkelijk om jezelf te kunnen zijn.
Nooit vergeet ik meer de zondagmorgen. Ik was na de kerk op de koffie bij de buren toen er op het raam werd geklopt dat ik direct thuis moest komen. Er was een belangrijk telefoontje geweest. De ouders van onze Bosnische huisgenoot hadden gebeld, ze waren beiden nog in leven. We moesten allemaal huilen van ontroering.
Deze periode is van essentieel belang geweest in mijn leven ik heb er zoveel van geleerd, m.n. van de veerkracht die deze dame had. In 2 weken tijd heeft ze Nederlands leren praten, doordat een lerares Nederlands haar voor 2 weken thuis opving. De oorlog kwam dichterbij maar wij hadden met elkaar in de groep bijna geen ruzie meer. Vaak waren we erg verdrietig over wat er in onze levens allemaal wel niet gebeurde, voor velen van ons was het contact met ouders niet altijd even goed, maar wij, wij hadden onze ouders nog. Waarom zaten we vaak zo te klagen en te jammeren terwijl we dat onze bosnische "zus" nog niet 1x hadden horen doen. Ze vertelde ons over hoe zij waren gevlucht maar ze ging gewoon verder met haar leven. Ze ging naar de havo uiteindelijk en kon zonder kamertraining al op haar 16e helemaal zelfstandig wonen. Ik weet zeker dat wij met alle negen andere kinderen ontzettend veel van  haar geleerd hebben.
Ik hoor zo vaak mensen zeggen, wanneer ik mijn pleidooi houdt voor de #500kinderen : "Wat hebben die kinderen meegemaakt, hoe beschadigd zijn ze wel niet, is dat wel goed voor anderen kinderen?" Ik kan u vertellen dat deze ervaring samen te mogen wonen met een "vluchtelingenkind" mijn leven alleen maar heeft verrijkt en ik het voor geen goud had willen missen. Dus ja ik wil ook de regering oproepen om #500kinderen op te nemen. Daar geen angst voor te hebben, het niet alleen van de negatieve kant te bekijken want het kan tevens zoveel positiefs brengen! We kunnen altijd leren van elkaar! Dus beste mensen die de verantwoordelijkheid hebben ons land te besturen: Lees nog even het verdrag van de rechten van het kind en besef dat u deze kinderen niet aan hun lot mag overlaten maar zie het alstublieft niet als een last maar besef dat het tevens een verrijking kan zijn!
Geachte leiders van dit land, laat uw hart spreken want dat klopt, maar kinderen zo aan hun lot over laten in erbarmelijke omstandigheden waarvan we nu allemaal op de hoogte zijn, dat klopt van geen kant!

JV

Toen kwam de oorlog nabij