Dat ook ouderen elkaar keihard kunnen veroordelen of zó opgaan in 'wat voor mij geldt, geldt ook voor jou' blijkt wel uit het gesprek van vanmorgen. Ik was bezig haar steunkousen aan te trekken en ze vertelde me over iemand die volgens haar te weinig deed. 'Kijk, naar mij. Ik ben altijd bezig. Mijn armen doen het, mijn benen doen het dan ga je toch niet op de stoel zitten! Zolang je lijf het doet blijf je toch bezig?'

Ik had net 1 kous klaar en keek haar aan 'Maar wat dan als je armen en je benen het nog doen maar je hart is gebroken? Wat dán?'
Ze viel stil, keek terug ik zag haar ogen samenknijpen en ik ging verder met de 2e kous terwijl het stil bleef.

Toen ik klaar was keek ik haar opnieuw aan. 'Dán wordt alles anders' fluisterde ze.

Ik ruimde de spullen die ik gebruikt had op waar het hoorde, reinigde mijn handen en samen liepen we naar de deur.
Bij de deur raakte ze even mijn schouder aan terwijl ze me diep aankeek en ferm zei: 'Dan, wordt écht alles anders'.
'Dat denk ik ook' zei ik zo luchtig mogelijk.
We wisselden een blik van verstandhouding.
En ze zwaaide me vanuit de deuropening uit toen ik wegreed naar de volgende cliënt.

Loading full article...