Korte inleiding

In deze blog ga ik het hebben over 3 dingen die je moet weten en snappen voordat je begint aan fotograferen. Deze 3 dingen komen zelfs voor op de camera van je telefoon maar hebben vooral betrekking tot een spiegel-reflex camera. Wanneer je deze 3 dingen begrijpt kun je betere foto's maken en je camera aanpassen voor elk type lichtinval. Laten we beginnen.

Sluitertijd (shutter speed)

First things first, in een spiegel-reflex camera zit een sensor die het lichtinval door de lens meet waardoor je een foto kunt maken. Deze sensor kan immers niet continu blootgesteld worden aan licht, maar daar hebben ze natuurlijk wat op bedacht: voor de sensor zit een klepje die omhoog gaat wanneer jij een foto maakt. Op dit klepje zit ook weer een spiegeltje die er voor zorgt dat het beeld vanaf de lens weerspiegeld wordt naar het kijkgaatje waar je doorheen kijkt tijdens het maken van een foto. Mooie techniek vind ik zelf.

De sluitertijd houdt dus in hoelang het klepje voor de sensor omhoog blijft en hoelang de sensor dus wordt blootgesteld aan licht. De sluitertijd kun je aflezen van het scherm van je camera zoals op de foto hierboven. Simpelweg: hoe kleiner het getal, hoe langer het klepje omhoog blijft en dus hoe lichter je foto's worden.  Maar als je een lange sluitertijd gebruikt, bijvoorbeeld 1 seconde (ja dat is lang), dan is je camera meer vatbaar voor beweging want in de seconde dat hij open is neemt hij elke trilling en voorbijgaand voorwerp in zich op. Zo creëer je dus ook van die mooie verkeers foto's in de avond. Zoals op de display foto hierboven staat '1/20' dat betekend dus één twintigste van een seconde en zelfs dat is al lang. Mijn camera kan 1/4000 bereiken, dat is dus één vierduizendste van een seconde, super kort dus! En dus ook erg donker.

Diafragma (aperture), aangeduid door 'f'

Eenvoudig gezegd, het diafragma is een gat in de lens, waardoor licht naar de camera beweegt. Het is makkelijker om het concept te begrijpen als je gewoon aan onze ogen denkt. Elke camera die we vandaag kennen is ontworpen als menselijke ogen. Het hoornvlies in onze ogen is als het voorste element van een lens - het verzamelt alle buitenverlichting, buigt het dan en passeert het naar de iris. Afhankelijk van de hoeveelheid licht kan de iris zich uitbreiden of krimpen, de grootte van de pupil bepalen, wat een gat is dat het licht verder in het oog laat doorlopen. De pupil is in wezen wat wij noemen als diafragma in fotografie. De hoeveelheid licht die in het netvlies komt (die net zoals de camerasensor werkt) is beperkt tot de pupilgrootte - hoe groter de pupil, hoe meer licht in het netvlies komt.

Op je camera wordt het diafragma aangeduid met de 'f-waarde' Hoe groter het getal van de f-waarde, hoe kleiner het diafragma en hoe minder licht deze zal doorlaten naar de sensor. Niet te vergeten is dat de f-waarde van groot belang is voor de achtergrond van je foto's. Een kleine f-waarde zorgt ervoor dat de achtergrond waziger wordt dan het object waar je op focust. Een grote f-waarde zorgt ervoor dat de achtergrond bijna net zo scherp is als het object waar je op focust.

Loading full article...