1 januari. Vluchten voor de sneeuw.

We zijn in #Bellegarde -en-Diois , onze uitvalsbasis naar nog Zuidelijker. Hier op 850 meter hoogte is het in de winter wel zonnig maar toch ook koud en veel sneeuw. Voor de volgende dagen wordt nog meer sneeuw voorspeld. We besluiten dan ook vandaag nog naar het Zuiden te rijden.

We dalen af naar zeeniveau. Bellegarde, LaMotte, Remuzat, Serres, Laragne, Sisteron en dan bij Chateau-Arnoux richting Aix-en-Provence. Vanaf Château is de sneeuw volledig verdwenen en lijken we in een andere wereld terecht te komen. De ondergaande zon verlicht de rotsen van Les Mées en de hele Durancevallei. Grijsgroen landschap in vreemd contrast met de besneeuwde witte wereld van de vorige dagen. Niet mooier of lelijker maar met de motorhome wel veiliger. We kunnen weer zonder stress met een normale snelheid over de wegen reizen. Tussen Chateau en Manosque bij Villeneuve zien we verschillende plaatsen met tientallen caravans en campers. Winterplaatsen voor zigeuners, zoals er hier wel veel meer zijn. Zouden we bij hen ook mogen overnachten? Maar we rijden toch verder tot Manosque, waar we op een mooie parkeerplaats Les Drouille net buiten het oude centrum., overnachten.


2 januari. Via D-wegen naar de Cote ‘Azur

Tot aan de Cote d’Azur. Via Vinon-sur-Verdon (typisch dorpje met parking onder de platanen, slaapplaats voor de volgende keer) naar Rian en St Maximim la St Baume Hier houden we halt. Volgens de gemeentelijke informatie zou dit de 3de belangrijkste plaats voor het christendom zijn, wat dat ook mag betekenen. Wij kopen er een Franse krant, een tijdschrift en wat brood.
Van D 3 zijn we ondertussen op de N7 terecht gekomen, Brignoles, Vidauban en dan Muy, waar we via de gele D7 recht naar zee, naar St-Aygulf rijden. Vanaf hier hebben we voortdurend zicht op de Middellandse Zee, al staat er dikwijls één rij villa’s tussen weg en zee. Er zijn regelmatig parkeerplaatsen, waar helaas geen campers op kunnen (slagbomen op een hoogte van 2 meter). Toch blijven er, nu in de winter, nog genoeg plekjes om te parkeren of te overnachten met zicht op zee. In de zomer zul je mij hier niet zien!

St-Maxime, een camperdorpje aan zee.

Wij willen ook nog wat boodschappen doen en komen zo terecht in StMaxime, waar we bij de monding van een riviertje Le Préconil een nieuwe camperkampeerplaats ontdekken. Tot onze verbazing staan er rond 15.00 uur zeker al 15 motorhomes. We besluiten om hier ook maar te overnachten. Tegen 20.00 uur is de hele parking vol gereden met zwerfwagens van allerlei allooi. Wij worden geflankeerd door een struise Burstner A576 en een sierlijke Fleurette Jumper. Ook Laika’s, hedendaagse Hymers, Elnaghs en Franse Chausson zijn goed vertegenwoordigd. Verder stiekem rond kijkend zie ik nog een mooie Mobilvetta en een chique Carthago. Plots word de relatieve stilte verbroken door een ratelend geluid. Ik ga op zoek naar die stoorzender. Een aftandse Mirage Grosso probeert nog wat elektriciteit op te wekken met een knetterende generator. Ook een ervaren Duitsers komt even kijken en gromt iets van ‘scheisse generatoren’. Gelukkig wordt het machien vrij snel uitgezet en blijft er alleen nog licht geroezemoes van mensen- en televisiestemmen in de ether. Een klein dorp op wielen. Ieder in zijn eigen kleine huis helemaal zoals thuis.

Loading full article...

404?
More replies (2)