Het meisje zonder gezicht 1.2
Wederom doe ik alles wat er wordt gevraagd en gooi mijn
tas aan de kant. Voordat de man weer begint te schreeuwen doe ik mijn handen op
mijn hoofd. Ik word tegen de grond gegooid en de handboeien worden hardhandig
om gedaan. Twee van de agenten trekken mij zo omhoog en slaat mijn jas over
mijn hoofd waardoor ik niets meer kan zien. Ik hoor een van hen zeggen, dat er
niets in mijn tas te vinden was. De twee agenten trekken mij met zich mee,
nadat we een stukje hebben gelopen word ik tegen een auto geduwd en
gefouilleerd voordat ik mocht instappen. Ondertussen klinkt er allerlei geruis
om mij heen, dingen zoals; ‘het zit eenmaal in haar bloed’, ‘triest ze had ook
een andere weg op kunnen gaan’ en ‘eenmaal een moordenaar altijd een
moordenaar’. Bepaalde uitspraken begreep ik niet zo goed, ik kon mij er
namelijk niet in vinden. De show duurde niet lang, voordat ik het wist gingen
de sirenes aan en reed de politieauto met een hoge snelheid weg.
‘Waarom? Waarom zijn jullie toch zo harteloos?’, hoor ik
een van de agenten vragen.
‘Weet je wel wat jullie hebben aangericht!!! En voor wat?
Een aantal jaar celstraf?’, hier stopte mijn wereld. De agent die in mijn oren
onzin aan het uitkraaien was, begon steeds verder weg te klinken. Mijn hartslag
begon overuren te slaan en mijn ademhaling begon steeds zwaarder te worden.
Daar trokken zij zich niets van aan. Ik verbleef in dezelfde situatie tot het
einde van de rit. Ik word uit de auto getrokken en zowat mee gesleurd naar
binnen. Mijn jas werd van mijn hoofd gehaald. Ik probeer mezelf op te pakken en
sterk over te komen, zonder enige succes. Een vrouwelijke politieagenten, kijkt
tussen mijn haar, in mijn mond en oren en fouilleert mij weer opnieuw. Ze doet
mijn schoenen uit en neemt al mijn spullen mee. Zonder instructies word ik zo
weer meegenomen en kom ik in een te krappen kamertje terecht. De handboeien
mogen mij gezelschap houden, wat zijn ze aardig hier. Verslagen en uitgeput ga
ik zitten op een bankje die een geheel lijkt met de muren. De handboeien zitten
niet zo fijn. Net als in de films probeer ik mijn handen naar voren te halen,
maar zo lenig ben ik helaas niet. Na de mislukte pogingen probeer ik maar het
beste van te maken en ga op mijn rechterzij liggen. De stilte in het kamertje
bevalt mij wel. Het bevalt mij zelfs zo goed dat mijn oogleden vanzelf steeds
zwaarder worden, waarna mijn ogen sluiten.
‘Wakker worden sunshine!’