De niesbui en de speurtocht

Naturefreak

· 04 Oct 2023

De niesbui en de speurtocht

Speciaal voor dierendag een verhaal over Jayno de krokodil:

Het is een zonnige dag en de spin hangt vrolijk fluitend haar was op. Het web danst ritmisch in de wind en de kledingstukken waaien gezellig op en neer.
Zodra de spin haar laatste sok heeft opgehangen gaat ze lekker in een hoekje zitten. Nog steeds fluitend haalt ze haar breinaalden tevoorschijn. Ze breit truien voor de winter. Voor zichzelf, maar ook voor de olifant. Daar heeft ze altijd veel werk aan, maar ze doet het graag. De spin houdt van breien en ze maakt haar vriend graag blij.
Halverwege de middag komt de olifant kijken. ‘Je schiet al aardig op,’ zegt hij.
‘Ja, het is veel werk, maar ik doe het met plezier,’ zegt de spin. ‘Ik heb het gedeelte voor je slurf al klaar. Wil je alvast passen?’
De olifant steekt zijn slurf naar voren. Maar de trui kriebelt en hij moet niezen. ‘Hatsjoe!’
De niesbui zorgt voor een storm die alle kledingstukken van de spin wegblaast.
‘O, nee,’ roept ze. ‘Mijn kleren zijn ervandoor!’
‘Het spijt me,’ zegt de olifant. ‘Ik help je wel met zoeken.’
Ze gaan het hele bos door en onderweg worden vele helpende handen toegestoken. De muis is de eerste die een sok vind. Hij hangt aan een tak van de eik. De tweede sok wordt gevonden door de kikker. Die was namelijk op een lelieblad in de vijver terechtgekomen. De derde sok vinden ze op de buik van de beer die net een tukje deed. De vierde sok bungelt aan de snavel van de reiger.
‘Het gaat lekker zo,’ zegt de olifant. ‘We zijn al op de helft.’
Sok nummer vijf en zes hangen aan het gewei van het edelhert. ‘Alstublieft mevrouw spin,’ zegt hij met een buiging.
Het duurt lang voordat ze de zevende sok terugvinden.
‘Joehoe, waar ben je?’ roept de olifant aldoor.
‘Ik denk niet dat sokken kunnen praten,’ zegt de muis.
De olifant haalt zijn schouders op. ‘Ach, je weet maar nooit.’
Op dat moment duikt de mol op uit zijn holletje. Er zit een sok op zijn hoofd.
‘Die is van mij,’ roept de spin.
‘O, pardon,’ zegt de mol. ‘Ik dacht dat het een muts was. Hij zit erg lekker. Mag ik hem niet houden?’
‘Nou, vooruit, zegt de spin. ‘Ik brei wel een nieuwe.’
‘Nog één te gaan,’ zegt de muis. ‘Waar zou hij zijn?’
‘Hallo jongens,’ klinkt er vanuit de lucht.
De dieren kijken omhoog en zien de krokodil. Hij vliegt een rondje om de eik en landt dan sierlijk in hun midden.
Jayno kijkt hen een voor een aan. ‘Het was mooi weer dus ik ging een stukje vliegen. Je raadt nooit wat ik opeens voorbij zag komen,’ lacht hij.
‘Is het mijn sok?’ vraagt de spin.
‘Tadaa!’ zegt de krokodil. Hij houdt de sok omhoog.
‘Joepie!’ juicht de olifant. ‘We hebben ze gevonden.’
De spin kruipt opgelucht terug naar huis. Morgen brei ik verder, denkt ze. Nu ga ik eerst héél lang slapen.