De tweede dag naar Santiago
26 juli 2016 Torhout - Roeselare
Na heerlijk geslapen te hebben in het Diocees, heb ik het ontbijt genomen in het gesloten restaurant. Nog steeds was er niemand, ook niet waar aan betaald kon worden, dus heb ik maar wat neergelegd. Voor de logies zou ik later terug gaan besloot ik. En vooruit maar weer, de lanen in, de paden op met goede moed en dat zou hard nodig zijn. Een half uur na mijn slaapplaats ging de route van de asfaltweg af en over karrensporen door de velden. Verrukkelijk om niemand tegen te komen en echt op pioniers pad. Mijn enkel daarentegen begon toch wel te protesteren van de pijn na een dik uur lopen. De weg liep via het plaatsje Lichtervelde, waar op dinsdag morgen bar weinig te doen was. Heel toevallig zag ik een uitbater zijn gelegenheid open doen, dus een kop koffie was voorradig. Én bij de pastoor kreeg ik de eerste en enige stempel van die reis. Het was wederom heerlijk weer en het boekje gaf een omweg via het plaatsje Gits, alwaar een kerk gewijd aan de heilige wiens pad ik aan het lopen was. Het was maar een paar kilometer...nou echt niet. Na vele verkeerde afslagen kwam ik eindelijk in het dorp. Inmiddels brandden mijn voeten dwars door de sokken heen, de fontein bracht daar verlichting in. Ook Gits was rustig, heel rustig, iedereen was op vakantie, iets wat ik me niet gerealiseerd had, maar het was natuurlijk juli dus had het kunnen weten. Zelfs de bakker en de slager waren dicht. En ik moest een slaapplaats hebben voor die nacht. Het was al drie uur en door m'n voeten kon ik echt niet meer. Nog steeds zo naïef dacht ik dat het slapen niet zo'n probleem moest zijn in een dorp waarvan de kerk gewijd is aan de naamgever van de pelgrims tocht. Ai ai ai kennelijk zit de wereld toch anders in elkaar, want niets was minder waar. Weliswaar is er een enorm kloostergebouw in Gits, er zijn weinig nonnen en de nonnen die er nog zijn, waren allen afwezig tot 17.00 uur. Nog twee uur om de tijd te doden en te eten, maar dat was er niet. Ook daar had ik de mazzel dat het plaatselijke café net open ging. Uit honger en armoede het enige wat er op dat moment voor handen was om te eten dan maar besteld: bitterballen met mosterd. En met de hand op mijn hart kan ik zeggen dat deze de meest smerigste waren die ik ooit in mijn leven heb geproefd en ook de mosterd was wanstaltig, kan het niet anders zeggen.Na deze deceptie was het gelukkig wel tijd om naar het klooster te gaan om daar een slaapplaats te vragen, hoe moeilijk kan het zijn. Daar kreeg ik een ondubbelzinnig antwoord op, heel moeilijk. Op mijn pijnlijke voeten sleepte ik me wederom naar het klooster en klopte weer aan. Een echte non deed open en op mijn vraag of ik daar kon slapen voor een nacht vanwege dat ik een pelgrim was, gooide zij de deur dicht met de boodschap dat ze daar niet meer aan deden.
In totale verbijstering heb ik een tijdje voor de deur gestaan tot de vraag tot mij doordrong: waar is er dan wel een bed voor me? Gits leek me totaal uitgesloten, daar was niemand meer op straat en het enige wat open was, was het bitterballen café. Op weg daarheen liep ik langs de bushalte, het schema gaf aan dat de bus over tien minuten zou komen.Liever wachten dan aan de bitterballen. De bus was precies op tijd en daarmee ook het goede karma wat de pelgrimstocht heeft, want ik had geen contant geld en wel een pasje maar die deed het niet in de Belgische bus, contant betalen kan al jaren niet meer. De aardige chauffeur zei mij niet te betalen en gaf me zelfs een telefoonnummer van iemand in Roeselare die van Santiago vereniging was. Aldus gebeld maar niet gerekend op de wielerwedstrijd, criterium na de Tour de France, dus die was vol en er was nergens anders voor een schappelijke prijs nog een matras voor me.
Uit de bus gestrompeld naar het eerste beste hotel wat er stond. De oudere man achter de balie vroeg of het wel ging, ik zag er wat uitgeput uit denk ik. Ik vertel hem het nonnen verhaal en zeg dat iedere kamer onder de honderd euro goed is. Met heel veel amai's ging hij me voor, lift in en met nog meer amai's deed hij de deur open en zei dat mensen van mijn leeftijd wel goed moesten rusten. Mijn voeten gilden alleen maar "koud water, snel en veel" dus ik weet niet meer of ik er door beledigd was, maar je moet altijd beleefd blijven is mij geleerd...aldus. Tijdens het poedelen van de warme voetjes werd er hard op de deur geklopt, schrik, wat nu weer. Balie meneer stond voor de deur. Hij vond het amai erg dat ik moest betalen voor de kamer maar gratis kon niet maar hij kwam mij wel geld terug geven uit z'n eigen zak. GEWELDIG, mijn hele dag weer goed en het avond eten betaald, heerlijk toch.