Het ziet er altijd zo interessant uit, de dirigent die zwaait met zijn stokje. Het is zelfs een beetje magisch, alsof het stokje toverkracht heeft. Hij tovert dat alle instrumenten gaan spelen op het moment dat het stokje het wenst. Met zijn rug toegekeerd naar het publiek zwaait de muziekleider ermee alsof zijn leven ervan hangt.

In de 19e eeuw ontstond het blank houten stokje, zoals het nu er nog steeds uit ziet. Het is van blank hout, zodat de muzikanten hem goed kunnen zien, tegen de achtergrond van de donkere zaal. Toch lijkt me dat best lastig om constant dat stokje in de smiezen te houden.

Vóór de 19e eeuw had de dirigent een zware stok, een soort halve bezemsteel. Hij bonkte met de stok op de grond om de maat aan te geven. Er was zelfs een dirigent overleden aan een voetinfectie, omdat hij met die zware stok op zijn voeten bonkte. Raar! Een tijdje later gebruikte de dirigent gewoon met de strijkstok van een viool. De strijkers, de blazers en het slagwerk, wonderbaarlijk dat met één stokje een mooie harmonie daarvan gevormd kan worden. Als dat geen magie is!

Loading full article...