Mijn Luisterkind-afstemming op deze dag:

Wanneer ik mij afstem om op deze 4 mei naar het verhaal van iemand te luisteren dan voel ik veel energieën die graag iets willen vertellen. Uit de menigte komt een man naar voren die duidelijk maakt dat hij vandaag graag het woord wil. De man lijkt op iemand die ik ken. 
Het blijkt een onbekend familielid te zijn en dat vindt hij voldoende informatie.
De man neemt me mee naar een bankje. Buiten in de natuur. Aan de rand van een bos. 
We nemen plaats en kijken over de velden met tarwe, gerst en rogge. Het is een mooie dag. Plots komt er een grote herdershond op ons af. Hij springt tegen de man op. De hond is erg blij hem te zien. Het is duidelijk dat de man en de hond elkaar erg gemist hebben. Tranen stromen over de wangen van de man en de hond likt ze weg. Na een tijdje worden de hond en de man kalmer. De hond gaat met een opgeheven kop die straalt van blijdschap aan de voeten van de man liggen. De man pakt een grote rode zakdoek uit zijn jasje. Hij draagt een werkmansjasje zoals vroeger door de boerenknechten werd gedragen. 
Dan begint de man te vertellen. Dit is de plek waar mijn verhaal begint, het zal 1942 zijn. 
Het is voorjaar, het is bezettingstijd maar eigenlijk gaat het leven gewoon door. Wanneer je geen bezetters zag dan leek er niets op dat we in oorlogstijd leefden. De werkelijkheid was echt wel anders. We moesten ons aan veel regels houden en ook werden steeds vaker mannen en dan met name de jongere mannen gemaand om zicht te melden. Ze waren nodig in Duitsland om daar in fabrieken te werken en ander werk dat bleef liggen maar wel belangrijk werd gevonden te doen. Want in die tijd werd van iedere Duitser geëist dat hij zich bij het Duitse leger meldde. En als men dat niet deed dan werden ze opgepakt en gevangen gezet door hun eigen mensen. Mensen hadden ook weinig keus wat dat betreft. Hoe ze zich verder in het leger gedroegen, dat is wel een persoonlijke keuze geweest. 
Ik heb ervaren dat velen zich op hun eigen manier tegen de oorlog verzetten en orders wel uitvoerden maar probeerden de zogenaamde vijand, ons dus, zoveel mogelijk te sparen. 
Dat verhaal wordt veel te weinig belicht. We kennen allemaal de verhalen over de wreedheden en de gruweldaden die er waren en plaats vonden. Die wil ik ook niet ontkennen of bagatelliseren want ik heb ze zelf ondervonden. Maar altijd was er weer die persoon die zich niet als vijand opstelde maar als een barmhartige Samaritaan.

Mensen stop toch alsjeblieft met hele groepen mensen te veroordelen om wat enkelen of misschien zelfs de meerderheid van die groep heeft gedaan! Blijf zoeken naar het licht in de ander want dat is er echt in iedereen. 
Stel je hart open voor iedereen, kijk ook naar je eigen gedachten en houding t.o.v. anderen. Hoe vijandig ben jezelf naar de ander maar ook naar jezelf? 
Je hoeft niet te accepteren dat anderen jouw niet respecteren en behandelen als een mindere. Maar ga er ook niet bij voorbaat vanuit dat ze zo met je omgaan.

Toen ik mij meldde werd ik behandeld alsof ik minder dan een dier was. Zelfs een hond werd nog beter behandeld dan wij. Het werk wat ik moest doen was zwaar en ik kreeg weinig te eten en te drinken. Het waren lange dagen en in weer en wind moesten we buiten aan het werk. Veel van de opzichters waren echte tirannen. Maar vaak zag je de angst in hun ogen voor hun meerderen. Deze angst zette hen aan om zo met ons om te gaan. Ik wil het niet goed praten, maar ik heb er nu wel begrip voor. Ik weet ook echt niet wat ik zou hebben gedaan wanneer ik in hun schoenen had gestaan. Ik mag alleen maar hopen dat ik zo zou handelen als de opzichters die mij verzorgden toen ik ziek werd. Zij zorgden dat ik een brief naar huis kon schrijven. Zij brachten mij wanneer ze daartoe in de gelegenheid waren extra versterkende voeding en zelfs medicijnen. Niet alleen om mij zo snel mogelijk weer op de been te krijgen maar omdat ze echt begaan met mij waren. 
Ik ben hen daar nog steeds dankbaar voor. Uiteindelijk kon ik daar wegkomen. Niet geheel op eigen kracht maar met hulp van deze opzichters. De weg naar huis was bar en ik heb daar ook talloze ontberingen ervaren. Maar steeds trof ik mensen op mijn pad die me zo goed en zo kwaad als zij dat konden bijstonden om mij uit handen te houden van de opsporingsdienst. In mijn verdere leven heb ik helaas meer gedachten aan de wrede opzichters gespendeerd dan aan de mensen die mij onderweg bijstonden. 
Het heeft mijn leven er na de oorlog niet beter op gemaakt en voor mijn omgeving was ik ook vaak niet te pruimen. 
Graag wil ik daarom de mensen die dit lezen oprecht vragen om zich te richten op wat wel goed gaat in hun leven. Ook in donkere perioden. 
Zelfs het kleinste lichtpuntje is dan een baken om je tot te wenden. 
Verlaag je alsjeblieft niet tot het gedrag van je vijanden. Dan pas hebben ze echt gewonnen. Zoek de lichtpuntjes en zet ze bij elkaar. Jouw kijk op de wereld wordt dan mooier. 
Je ervaart vrede in jezelf en draagt bij aan vrede in de wereld.

Loading full article...