Fragment uit Koppzorgen: 20 jaar later
Een fragment uit mijn boek, Koppzorgen:
In de volgende passage omschrijf ik mijn fantasie waar ik altijd hoop uit haalde. Het hield mij altijd op de been en gaf me hoop. Zo had het kunnen zijn wanneer ze zichzelf niet van haar leven had beroofd:
Met een trillende hand neemt ze het kopje koffie van het schoteltje. Net als ze nippend een slokje wil nemen, deinst ze in een reflex terug en zet het kopje met dezelfde trillende hand weer met precisie en beleid terug op zijn plek. Vervolgens trekt ze een gezicht alsof ze zojuist poep heeft gegeten! Met een glimlach schud ik mijn hoofd lichtjes heen en weer en ik besteed er verder geen woorden aan. Iedere willekeurige idioot zou door het zien van de damp die van de koffie af kwam, van tevoren heel goed hebben kunnen inschatten dat die nog even te heet was om van te drinken. Ook ik heb dit zien aankomen. Ik heb mijn hoofd toen enigszins geërgerd weggedraaid en als uiting dat ik het aan zag komen en om mijn reactie wat kracht bij te zetten heb ik eens diep gezucht. Hierop kreeg ik een vragende blik terug, precies op het moment dat zij dat slokje nam. Mijn reactie was nu ook meteen duidelijk.
We kijken elkaar nog eens aan en deze keer moeten we beiden even kort lachen. De welbekende handtas komt nu tevoorschijn. Ik vroeg me al af wanneer die ten tonele zou verschijnen. Vroeger was het altijd andersom. Toen verscheen namelijk eerst het pakje shag op tafel en daarna had ze pas oog voor haar koffie. Vandaar ook dat ze vroeger nooit haar lippen brandde aan de hete koffie! Een logische verklaring, al zeg ik het zelf.
Zo erg, dat jullie dat nooit hebben mogen beleven!😭❤️