Helemaal van slag
Met een sterk verhoogde hartslag, die tot hoog in zijn keel voelbaar was, stapte Ruud over de drempel van het warenhuis. Zijn temperatuur liep op, kleine, minuscule zweetdruppeltjes drongen door zijn poriën naar de vrijheid. Zo ging het nu al twee weken, de verschijnselen begonnen al op het moment dat hij thuis zijn jas aantrok. Zijn moeder had nog geïnformeerd of hij zich wel goed voelde, of hij niet ziek was.
Ruud had zijn hoofd geschud. Nee hij was niet ziek, hij voelde zich prima. Prima en ellendig tegelijk. Maar dat kon hij zijn moeder niet uitleggen, die begreep zoiets toch niet.
Al veertien dagen liep hij dezelfde weg, het was een routine geworden, bijna dwangmatig. De obstakels op de stoep werden volautomatisch genomen en omzeild, geluiden van het verkeer op straat drongen nauwelijks tot hem door. Hij kon zich niet voorstellen dat hij hier ooit niet had gelopen, wat hij anders zou moeten doen.