‘Er is een periode voor en nadat ik het boek Katibu di Shon (1988) heb gelezen, zo’n zestien jaar geleden. Het is een historische roman van Carel de Haseth die gaat over een slavenopstand op Curaçao, over een slaafgemaakte en de zoon van de meester op een plantage die samen opgroeien. Het wordt vanuit die twee perspectieven verteld. Ik realiseerde me toen: als ik in de opera Andrea Chénier zing, dan kan ik alles opzoeken over de Franse Revolutie wat ik maar wil. Maar over mijn eigen achtergrond, over de Antillen, was zo weinig beschikbaar. Nu was er iets, dat heeft voor mij zoveel innerlijk tot heling gebracht.


‘Ik wist meteen: ik moet dit delen, in dit boek zit een opera. Het heeft acht jaar geduurd om er een opera van te maken. Carel de Haseth maakte zelf het libretto. We bleken op een bizarre manier te zijn verbonden. De plantage waar het verhaal zich afspeelt, was van zijn voorouders. En mijn voorouders leefden daar als slaafgemaakte mensen.

‘Er was één voorstelling in Amsterdam, daarna moest iemand anders het oppakken, maar dat gebeurde niet. Er is geen registratie van gemaakt. Nu ik op Curaçao ben, wil ik die opname alsnog gaan maken: een operafilm, maar wel hedendaags, als een soort lange videoclip. Er is hier geen theater meer, ik wil iets wat blijft, als ultieme liefdesverklaring aan mijn cultuur en de geschiedenis van het koninkrijk.’


#katibudishon 
#Taniakross

Katibu di Shon