Kolderheksje (deel 10)
De kinderen van melkboer Frits zaten regelmatig, midden in de nacht, buiten op een bankje. Na het heengaan van zijn vrouw dronk Frits zijn melk namelijk stiekem met Jonge Klare. Iedere keer nam hij een klein slokje. “Proost” sprak hij dan mompelend “Een klein slokje kan écht geen kwaad.”
Maar ieder slokje bracht meer kolder in zijn hoofd. Met boze woorden joeg hij iedereen de stuipen op het lijf. Zijn klanten gingen voortaan hun melk elders halen. En zo kwam de dag dat er geen brood meer was op de plank.
De 6 uit de tropen hadden een boze-woorden-vanger op zijn dak gezet. Frits’ razernij zou nu de kinderen niet meer kunnen raken. Kolderheksje veranderde zich in melkboer ’s vrouw en sprak met ernstige woorden. Ze plakte pleisters op ieders hartzeer en stopte de kinderen veilig in hun bedjes toe