Leijpark013

@leijpark013 · 12 Mar 2022

Follow Following

Leijpark013 Klimopbij

Gepubliceerd door Thierry P. Dinjens  · Gisteren om 17:59  ·
Vorig jaar in de lente en zomer werden we in het Leijpark ineens geconfronteerd met 'lieden' die het nodig vonden om vernielingen aan te richten aan klimop. Stengels werden zonder pardon doorgesneden, met als gevolg dat de klimop afstierf. Stemmen gingen op dat sommige mensen dit doen omdat klimop de bomen verstikt. In de praktijk valt dit reuze mee. Anderen zeiden dat dit pure baldadigheid was van een stel jonge gasten die zich verveelden. Hoe dan ook: Het vernielen van de klimop heeft grote nadelige gevolgen voor een insect dat relatief nieuw is in ons land en een kleine tien jaar geleden nog nimmer in Brabant was gezien: de Klimopbij.
Deze vrij grote bij, bijna zo groot als een honingbij, heeft larven die uitsluitend leven van de nectar en het stuifmeel van de klimop. Haar achterlijf is veel spitser dan het achterlijf van een honingbij en de Klimopbij heeft een wollig borststuk. Omdat klimop in het najaar bloeit, soms zelfs tot in de winter, is de Klimopbij dus nog heel laat in het seizoen te zien. Wie in de herfst ineens een bij ziet vliegen mag er voortaan van uitgaan dat het hoogstwaarschijnlijk om een Klimopbij gaat.
Het vernielen van de klimop is niet het enige probleem van de Klimopbij. Zij heeft namelijk een geduchte tegenstander in een oliekever. Deze kever heeft een unieke manier gevonden om te overleven, ten koste van de Klimopbij. Het vrouwtje van de kever legt een aantal eitjes op een graspol. De wriemelende larven die eruit komen vormen een kluit en deze begint de geur van vrouwelijke klimopbijen te produceren. Mannelijke bijen worden hier wild van en duiken erop, in de veronderstelling dat het hier om een vrouwelijke soortgenoot gaat. Dat is het moment waarop de larven gewacht hebben. Via de poten en haren op het achterlijf van de mannelijke Klimopbij liften ze mee, tot het moment waarop het mannetje met een echt vrouwtje paart. Dan springen de keverlarven over op het vrouwtje. Dat vrouwtje maakt een nestje in de grond, legt er een eitje in en verzamelt stuifmeel dat ze naast het eitje legt, als voedsel voor haar eigen larve. “Dankjewel” zeggen op dat moment de larven van de oliekever. Ze stappen van het vrouwtje af, kruipen het holletje in, vreten de stuifmeelkorrels op en daarna: de Klimopbijlarve!
De Klimopbij komt uit de zuidelijke streken van Europa en is aan haar opmars naar het noorden begonnen, omdat onze winters steeds zachter worden en omdat klimop bij ons goed en veel groeit. De verwachting is dat, helaas voor de Klimopbij, de oliekever weldra zal volgen en ook naar ons land en wellicht ook naar het Leijpark komt. Henk de Winter kiekte voor u de Klimopbij terwijl ze zich tegoed doet aan nectar. De volwassen bijen bezoeken allerlei verschillende soorten bloemen, maar voor hun larven moeten ze toch echt het stuifmeel van de klimop hebben. Het is te hopen dat we daarom gaan beseffen hoe belangrijk de klimop is voor insecten en niet alleen de Klimopbij. Alle insecten die in de herfst nog wakker zijn kunnen bij de klimop terecht. Het is het laatste voedsel voor veel insecten voordat zij sterven of gaan overwinteren. Voor de Klimopbij is het een levenslijn die het voortbestaan van haar soort garandeert. En toegegeven: er zal heus wel een keertje een boom bezwijken onder het gewicht van een te groot gegroeide klimop. Dat is dan zo, je kunt het ook gewoon de natuur noemen. Laten we de natuur haar gang laten gaan zonder voor haar te denken. Dan zien we de mooiste soorten langskomen en als het even meezit: blijven.

#klimopbij #leijpark013