Murphy's law.
Murphy! Wie kent hem niet? De man die zijn naam aan de meest irriterende wetmatigheid ooit heeft geleend? Geen mens kan er een gezicht op plakken, niemand weet waar en wanneer hij leefde of waar hij vandaan kwam en geen roddelblad heeft ooit een vernietigend artikel aan hem gewijd. We hebben er dus het raden naar hoeveel buitenechtelijke relaties hij er op nahield, wanneer zijn vrouw ongesteld was en in welke onverkwikkelijke disciplines zijn kinderen uitblonken. Murphy is niet meer dan een naam. Maar iedereen kent zijn wet: de veelbesproken wet van Murphy! Murphy’s law!
In het Nederlands klinkt deze wet ongeveer als volgt: “Als er iets mis kan gaan, dan gaat het ook mis”.
Andere manieren om ze treffend te illustreren zijn:
“Laat je een gesmeerde boterham vallen, dan valt hij altijd met de gesmeerde kant op de vloer.”
Bij voorbeeld: je moet je sigaret uitmaken voordat je in de bus stapt. Volgens de wet van Murphy komt de bus altijd voordat je je peuk hebt opgerookt. Dus als je wilt dat de bus snel komt, steek je er een op. Voor de niet-rokers: het werkt ook met een broodje of een blikje fris.
Mijn Murphy wet is, als er iets mis gaat, gaan er meer dingen die dag mis. 's Ochtends weet ik dat dan al en zeg: "O jee, ik heb mijn dag niet" en ben dan extra alert om de schade te beperken.