Het had zo’n mooie dag kunnen worden, de wethouder had er al zo lang naar uitgezien. Een mooi wijkcentrum, koortje erbij en dan met een zwierig gebaar dat grote regenbooglint doorknippen. Daarna uiteraard een borreltje en mét envelopje het terrein zo snel mogelijk weer verlaten.

Op het moment dat oom Frits zijn buiteling inzette zweeg het koortje plotsklaps in alle talen. De wethouder zag de pas geslepen potloodbaton in alle scherpte op zich afkomen. Hij stond voor de keuze. Ofwel oom Frits opvangen met alle gevolgen van dien, ofwel het vege lijf redden. Hij koos voor het laatste. Door het kleine pasje opzij te zetten kreeg oom Frits al struikelend vrij baan. Het scherpe potlood boorde zich in het strakgespannen regenbooglint dat met een korte krak doormidden scheurde.

Loading full article...