Post uit Frankrijk: De fik erin
Mijn moeder is op bezoek. Het is mooi weer en bijna lunchtijd. Ik heb buiten de tafel gedekt en alle spullen staan klaar voor een heerlijke maaltijd. Dan ineens ruik ik het: rook! Ik weet meteen hoe laat het is; de huiseigenaar heeft besloten dat dit het perfecte tijdstip is om nog wat tuinafval te verbranden. Uit ervaring weet ik inmiddels dat het geen zin heeft om buiten te blijven zitten. Dus gauw alle spullen mee naar binnen en daar de tafel dekken. Mijn moeder doet nog een moedige poging om buiten te blijven, maar ook die komt al gauw hoestend en proestend naar binnen.
Het is hier heel gebruikelijk om zelf je tuinafval, bladeren en takken te verbranden. Op een speciale, vaste plek in de tuin wordt een mooie stapel gemaakt en dan gaat de fik erin. Onze kerstbomen zijn ook op deze manier verwerkt. Het branden mag het hele door, behalve in de zomer. In de lokale kranten staat vermeld in welke periode bladerbrandjes zijn toegestaan en wanneer niet meer. Het wordt dan te heet en te droog en het risico op een grote brand te groot.
De eerste keer dat ik in aanraking kwam met dit fenomeen dacht ik echt dat er ergens een (grote) brand was. Ik snelde naar buiten om te kijken waar het vandaan kwam. Uit de tuin van de buren steeg een enorme rookwolk op. Gelukkig bleek het (maar) te gaan om een bladerbrandje. Ik begrijp nu ook wat de kringelwolkjes zijn die ik vaak op de bergheuvels zie hangen. Als kleine rookpluimpjes kringelen ze omhoog. Je hebt er een heleboel van, voornamelijk in de herfst als de blaadjes gaan vallen. Maar ook in de lente als het tuinonderhoud weer wordt opgepakt.