Requiem: Hoofdstuk 10
Zijn moeder gleed tussen de lakens zoals ze dat reeds een paar weken sinds zijn veertiende verjaardag regelmatig had gedaan. Hij kende ondertussen zijn taak. Op de bewuste dag, de dag van zijn verjaardag, was zijn moeder zijn slaapkamer binnengekomen. Ze had zich neergezet op zijn bed en hem met een ondoorgrondelijke blik aangekeken. Haar ogen schitterden in het licht van zijn leeslampje.
‘Proficiat met je veertiende verjaardag. Nu wordt je langzaamaan een man…mijn lieve jongen.’ Ze glimlachte, nam zijn hoofd in haar vlezige handen en gaf hem een plakkende zoen op zijn lippen. Ze rook terug naar alcohol, met een zweem van geparfumeerde zeep en een geur die hij moeilijk kon omschrijven. Het had iets te maken met die blik in haar ogen. ‘Ik heb je cadeautje mee. Wil je het openmaken of doe ik het zelf?’ Hij keek haar aan, zijn blik gleed enigszins argwanend terug naar haar lege handen. Hij haalde zijn schouders op. ‘Nou, goed dan, ik zal je nog heel wat moeten leren zie ik,’ reageerde ze geheimzinnig.
Ze stond recht en trok haar nachtkleed uit over haar hoofd. Zo stond zijn moeder nu poedelnaakt voor hem. Met haar zware borsten en grote bruine tepelhoven bleef ze uitdagend voor hem paraderen, Enkele momenten om zijn reactie te peilen. Zijn ogen dwaalden over haar borsten en stijve tepels, daalden naar beneden en zagen haar weelderig behaarde venusheuvel of pubis. Hij kende de benamingen van uit zijn boekjes. Ooit had hij zelf eens de medische term opgezocht in een woordenboek. Zijn ademhaling werd dieper en vlugger.
Zijn moeder schoof tussen de lakens en pakte onzacht zijn hand en legde die op haar borst. ‘Je moet niet bang zijn, ze kunnen tegen een stootje. Nijp er maar eens goed in.’ Hij keek haar aan en voelde een kloppende erectie in zijn pyjamabroek. ‘Ze gaan er niet afvallen hoor, harder, ja…zo…nog harder,’ hijgde ze. Ze greep plots zijn piemel en begon hem langzaam te bevredigen, eisend om haar nog harder te knijpen. Hij kwam vlugger klaar dan een hete hengst in de zomer. Dat maakte haar echter kwaad en een stevige muilpeer was zijn beloning.