Requiem: Hoofdstuk 23
De heer Daiki Ayumu was uiterst tevreden. Hij had een aardige bonus binnengerijfd met de verwisseling van de inhoud van het kluisje van Kathy Chang. De persoon die hem dit had gevraagd, had hem eerst de helft van een dikke bundel bankbiljetten toegestopt als gevarenpremie en de rest nadat hij de inhoud had verwisseld door de videostick. Gezien de aanzienlijke financiële inbreng van zijn opdrachtgever stelde Daiki zich geen vragen. Hij droomde al zo lang van een reis naar de Oude Wereld, naar het land waar eeuwen terug ooit nog cowboys en indianen hadden gewoond. De Grand Canyon zien en dan sterven. Of misschien toch ook eerst nog de Niagara watervallen en Yosemite National Park, Death Valley, Rocky Mountains en de Everglades en nog zo veel meer. Een natte droom!
Vele Japanners hadden diezelfde droom, maar weinig waren er na de Grote Oorlog ooit geweest. De selectie, ondanks de toenadering, was nogal streng maar daar maakte hij zich geen zorgen over. De kosten waren voor hem en vele Japanners altijd de enige belemmering geweest. De Oude Wereld liet zich duur betalen voor zijn bezienswaardigheden. Kapitalisten, pfff, het was altijd zo geweest en het zou waarschijnlijk ook nooit veranderen. En dat hij zich zou moeten laten chippen, nam hij er maar bij. Het scheen ongevaarlijk te zijn en enkel van nut als veiligheidsmaatregel in de Oude Wereld tegen de stralingszones.
Er liepen regelmatig Westerlingen in de Nieuwe Wereld rond en die leken ook geen monsters of halve robotten. Zelfs Stephen March was heel voorkomend geweest. Jammer dat de man waarschijnlijk niet had gevonden in de kluis wat hij verwachtte, maar voor de juiste prijs veegde Daiki Ayumu zijn weinige gewetensbezwaren die hij nog bezat onder de tatami. Hij werd er ook niet jonger op en zo’n buitenkansje kon hij zich niet laten ontvallen.
Terwijl hij met zijn linkerhand rond de bundel geld die hij in zijn jaszak bewaarde en met zijn andere hand de deur van zijn appartement opende met zijn kaartsleutel hoorde hij helaas niet de man die hem behoedzaam en muisstil had benaderd. Niet dat het veel verschil zou gemaakt hebben. Het volgende moment viel hij languit als een blok zijn appartement binnen vanwege de harde nekslag en de por in zijn rug. Zonder dat Daiki een kreet gaf, werd alles zwart voor zijn ogen.