Schrijfuitdaging februari 2018
We liepen er samen de kantjes af, hij nog net iets meer dan ik. Of was dat wat ik mezelf probeerde in te prenten? Ik dacht terug aan dat moment waarop we samen veel te dicht tegen de rand gingen staan. Alsof de natuur ons ging omhelzen, alsof er geen afgronden waren en er geen ongelukken konden gebeuren. Maar toen gebeurde er niets, omdat we nog in onze veilige cocon woonden. Daar waar alles goed was, alles was zoals het ooit werd gestart. De roze wolk met een vleugje zonlicht.
Maar we konden niet eeuwig blijven staan in de armen van Moeder Natuur. Ze is nochtans goed voor ons geweest, de tijd heeft ons dingen bijgebracht die we nooit meer kwijt zullen raken. Misschien proberen we dat wel, niet nu, maar later. Dat lijkt me te voorbarig om in te schatten, wie weet wie we worden als we oud en grijs van elkaar gescheiden zijn.
Je deed me een paar passen opzij zetten, de andere kant op dan de weg die jij wilde bewandelen. Wat nu? vraag ik aan mezelf. Balanceer ik op de rand of duikel ik meteen de afgrond in? Het wankel vertrouwen zorgt voor een onzekere ik, met een donkere kijk op wat nog komen moet. Maar ik houd me overeind. Ik moet en zal. Jawel, het evenwicht ligt ergens diep vanbinnen verscholen. Back to basics, daar reken ik enkel af met mezelf.


ik heb meegedaan
Knap geschreven!
Roept weer allerlei oude gevoelens op.
Heel goed geschreven!