Vrijdag middag
Eindelijk vrijdagmiddag, lekker weekend. Ik fiets zo snel als ik kan naar huis, wel even voorzichtig bij dat drukke plein aan het einde van de Walnootstraat, daar is het altijd druk. Het laatste stuk weer vol gas, het lijkt wel alsof ik vlieg.
Eenmaal thuis zet ik mijn fiets in de schuur en ren naar binnen. Is papa er al?! Nee schat, die is nog aan het remlichtstaren op de A12, gaat nog wel een half uurtje duren. O, dat is balen. Ik geef haar een kus, haal mijn lunchtrommel uit mijn tas en ga aan de keukentafel zitten.
Mijn moeder heeft haar huishoudpakkie aan, zoals ze dat zelf altijd noemt. Het is een grijze joggingbroek, een veel te groot shirt en een ouderwets schort. Zo’n schort verwacht je meer bij je oma dan bij mijn verder ultra moderne moeder. In de zak van dat schort zitten altijd een paar wasknijpers, pleisters, een pincet, een veiligheidsspeld en een pakje papieren zakdoekjes. Reuze handig, aldus mijn moeder. Als ze het niet omheeft dan hangt het aan een haak aan de keukendeur, zodat ze het wel altijd bijdehand heeft.
Ze zet de waterkoker aan en maakt ondertussen de bloemkool klaar om te koken. Als het water kookt schenk ik voor haar en mij een kop thee in. Samen wachten we al theedrinkend en kletsend op mijn vader, die eindelijk weer thuis komt na een week met de vrachtwagen op pad te zijn geweest. Ons hele gezin haat zijn werk, maar volgens mijn vader is het zijn enige manier om de hoog nodige eurootjes voor ons allemaal te verdienen. Dan had ik maar een vak moeten leren, zegt hij altijd.