Stadsmuren van ’s-Hertogenbosch
De stad ’s-Hertogenbosch werd in 1185 door de hertogen van Brabant gesticht in het noorden van hun grondgebied, vlak bij de vesting Orthen en strategisch vlak bij de Maas. Om zich te beschermen tegen bandieten, vijandelijke soldaten en ander gespuis was het gebruikelijk om een stad in die tijd te ommuren. Het ommuren van een stad mocht pas beginnen nadat een stad van de landheer stadsrechten had gekregen. De eerste ommuring van de stad ’s-Hertogenbosch werd in 1225 voltooid, en deze muur is hiermee de oudste gemetselde vestingwerken in Nederland.
De muur zelf is grotendeels afgebroken, maar op verschillende plaatsen is in de bestrating nog wel te zien waar de muur heeft gestaan, bijvoorbeeld op de Hinthamerpromenade, vlak bij de markt. De stad had aanvankelijke afmetingen die de huidige markt in de stad nauwelijks te boven gaan.
Diverse stadspoorten gaven toegang tot de stad. Eén van die stadpoorten is deels nog terug te vinden in een pand aan de al eerder genoemde Hinthamerpromenade.
De stad ’s-Hertogenbosch groeide, en in 1318 kreeg de stad toestemming om een tweede ommuring aan te brengen, waardoor bewoonde stadsdelen weer binnen de veiligheid van de muren zouden komen.