Tranentrance
Deze ochtend werd ik wakker met een brede glimlach. Ik opende het raam en keek uit op de
kale onherbergzame vlakte. Meteen versmalde mijn mond en bevroor mijn glimlach. O, ja, ik was de enige levende ziel die de ramp overleefd had. Ik kon beter mijn ogen weer te sluiten om te dromen over hoe mooi de wereld eruit zag voor de enorme catastrofe. Een traan rolde over mijn wang en viel als een glinsterende parel op het raamkozijn. Het pareltje begon te trillen. Gebiologeerd keek ik naar de chemische reactie die erop volgde. Duizenden glimmende dwergentraantjes spatten uit de grote mensen pareltraan. Voorzichtig trok ik mijn mondhoeken omhoog, ik zou mijn optimisme hoogtij laten vieren en mijn positieve bron rijkelijk laten vloeien. Met een zucht vleide ik mijn hoofd weer neer op het kussen. Het lukte me wonderwel mijn ogen neer te slaan, mijn nagels had ik diep in mijn vlees geboord, toch voelde ik geen pijn. Als in trance zakte ik weg, diep, steeds dieper.
Totdat mijn wekker ratelde, een zonnestraaltje tussen de gordijnen door piepte en ik uit mijn hypnose ontwaakte. Kwetterende mussen, schreeuwende spreeuwen, spinnende poezen en loeiende koeien. O ja, da's waar ook, dierendag vandaag.Â