Gelukkig gezin
Haar jeugd was liefdevol geweest, ze was zelfs verwend, dat kon ze wel met zekerheid stellen. Zij mocht heel veel van haar ouders, veel meer dan anderen van haar leeftijd mochten. Ze had ook vaak de nieuwste snufjes, nieuwste mode en genoot ervan er een ander op te wijzen, een ander heel goed te laten merken, hoe armzalig de kleding was, die deze persoon droeg. Er waren meisjes bij, die het zich erg aantrokken, anderen hadden helemaal niets met haar en vonden haar dan ook gewoon een verwend kreng. Het kon ze niet schelen, wat ze allemaal uitkraamde, ze waren sterk genoeg om haar uit hun leven te bannen, geen aandacht aan haar te schenken, hoe hard ze er ook om riep. Maar er waren ook andere meisjes, die wel gevoelig waren voor de kritiek, die ze uitte. Een aantal meisjes besloten haar dan ook te volgen, kostte wat het kost, thuis blijven smeken om die merkbroek, of die dure schoenen en achter Maria aan te blijven lopen. Maar er waren ook meisjes, die dat niet konden, die steeds weer het doelwit van haar praktijken werden. Door de aanhang, die ze zelf had gecreëerd, was het al snel een aantal meiden, die samen met Maria, de pesters van de school werden. De kwetsbare meisjes, waren het doelwit. Maar, zoals dat meestal gaat, na de schoolperiode verloren ze elkaar allemaal uit het oog. Ieder ging zijn eigen weg en ook Maria ging haar weg.
Ze trouwde al vrij jong en kreeg twee kinderen. Het leek een sprookje, alles liep prima, maar op een dag, een fatale dag, veranderde alles in één keer. Het sprookje werd een nachtmerrie. Het gelukkige gezinnetje viel uiteen en Maria, zij was het slachtoffer, het slachtoffer van een man, die zelfmoord pleegde.
Daar hing hij
Zoals gewoonlijk, had Maria haar kinderen naar school gebracht en nog een paar boodschapjes gedaan voor ze weer naar huis toe ging. Toen ze thuis aankwam, bevreemde het haar, dat de auto van Jos, haar man, voor de deur stond. Hij had allang op zijn werk moeten zijn! Maar misschien was er wel wat met de auto, had hij pech en was hij met de bus gegaan? Ze stak de sleutel in het slot van de voordeur en keek op het aanrecht. Nee, er lag geen briefje. Het was de gewoonte, om een briefje op het aanrecht te leggen, als er iets bijzonders was. Maar er lag niets, dus Maria dacht, dat haar man dan misschien nog in bed zou liggen, misschien was hij wel niet lekker en had hij een dagje verlof genomen. Zachtjes klom ze de trap op, ze wilde hem in elk geval niet wakker maken. Toen ze de deur van de slaapkamer opendeed, hoorde ze het gekreun van de scharnieren. Ja, ze zou er steeds wat aan doen, maar ze vergat het steeds en Jos was het ook steeds vergeten, maar nu zou ze er even wat boter op smeren, dan piepte de deur niet meer zo, bedacht ze zich.
Ze keek om de hoek van de deur, maar Jos lag niet in bed. Het bed lag opengeslagen, maar Jos was nergens te bekennen. Ze zag zijn kleding op de stoel liggen en een angstig gevoel bekroop haar. Wat was er aan de hand? Waar was Jos? De telefoon ging en als in een automatisme, nam ze de telefoon aan. Het was Jos' werkgever. Of Jos zich soms verslapen had? Maria wist het nu even helemaal niet meer en besloot maar te zeggen dat hij ziek was, maar dat hij misschien, wanneer hij wakker was, wel even terug zou bellen.
Nu was ze helemaal in de war, haar hart bonkte in haar keel en ze begon haastig in de kamers van het huis te kijken, maar Jos was er niet. Ze stond even aarzelend voor het raam, naar buiten te kijken en bemerkte opeens, dat de deur van de schuur op een kier stond. Ze wist zeker dat ze die, diezelfde ochtend nog, goed dicht gedaan had en op slot gedraaid. Nu stond hij op een kier.....
Daar moest Jos zijn, ze rende naar buiten, naar de schuur en toen ze de deur open had gedaan, zag ze hem hangen, onder hem lag de omgevallen stoel.
Na de uitvaart
Alles ging daarna heel snel, Maria kon het zich allemaal niet meer herinneren, het leek alsof het in een film aan haar voorbij gegaan was. Jos had zelfmoord gepleegd en had haar en haar twee jongens achter gelaten, zonder een rooie cent. Hij had al het geld, wat ze hadden, vergokt en had nu zoveel schulden gemaakt, dat hij haar niet meer onder ogen durfde te komen. Hij koos ervoor om uit het leven te stappen, haar met de ellende op te schepen en zijn kinderen niet te zien opgroeien. Maria was verbitterd, ze was boos, het verdriet wilde maar niet komen, er waren geen tranen bij de uitvaart van Jos, er waren daarna ook geen tranen, ze was boos, boos op alles en iedereen, behalve haar kinderen. Die waren haar alles en voor hen ging ze door het vuur! Maar ook nu, kon ze weer bij haar ouders terecht, zij steunden haar financieel, maar dat ene, dat ene, wat ze echt nodig had, dat konden ze haar niet geven. Ze konden haar geen liefde geven, ze konden haar niet troosten, maar ze konden haar wel geld geven.
Maria begon haar leven weer op te pakken, maar iets in haar, maakte van haar, weer die jonge puber, die pester van toen. Zij deed altijd alles goed, een ander kon een harde opmerking naar het hoofd geslingerd krijgen, het deed haar niets. Zij voelde zich nog steeds boos en reageerde dat op alles en iedereen af, gelukkig niet op haar kinderen, maar de buurvrouw van nummer 6 kreeg de volle laag en haar naaste buurvrouw bleef maar liever vriendjes, dus die ging met haar mee, die vond de buurvrouw van nummer 6 opeens ook niet meer leuk.
Maria had mensen mee, maar ook mensen tegen. Er waren zelfs mensen die tegen haar ingingen. Dan bedacht ze wel weer een plan, om met anderen te gaan samenspelen, zodat er weer een slachtoffer werd gemaakt, van haar boosaardige praktijken. Maria had duidelijk vrienden en vijanden, maar de vrienden waren geen echte vrienden, zij waren vrienden geworden om maar geen slachtoffer van Maria te worden. En 's avonds? Ja, 's avonds, dan was Maria alleen. Eenzaam en boos. Boos op Jos, want hij had haar in de steek gelaten.
Jaren daarna
Nee, Maria vond geen andere man, niemand vond haar aardig en zij kon ook geen liefde geven aan een andere man. Ze bleef, zoals ze was. Haar kinderen werden groot en kregen een relatie, maar ook haar schoondochters joeg ze tegen zich in het harnas, zodat ze nog eenzamer werd en haar kinderen amper nog naar haar omkeken. Maria leeft nu nog alleen voor zichzelf, met virtuele vrienden. Maar echte vrienden? Nee, die komt ze niet meer tegen, laatst nog, was er een vrouw, die haar herkende, nog van school. Ach, ze had die tijd al lang achter zich gelaten en had de pesterijen allang vergeven. Ze sprak Maria aan, maar zelfs nu, kon ze het niet laten een scherpe opmerking over haar gedrag te maken. Dat was de laatste keer, dat ze contact had met deze vrouw. Maria is een verbitterde vrouw geworden, die alleen nog maar met zichzelf bezig is en lacht om anderen, maar Maria is een eenzame vrouw en als ze niet verandert, dan zal ze ook eenzaam sterven....