Mo, lui, steroplichter, berucht zocht een sukkel die zijn zomerwerk deed om euro's te verdienen. Hij vroeg Hakim, maar Hakim weigerde. Mo kreeg de wasknijper op zijn haakneus.

Op het plein fietste Hans, Mo vloog op hem af en zei: Ik zoek een bloemkoolkop die mijn werk doet. Hans dacht na, zei dat hij meeging en de fuiken maakte. Mo kon dan in zijn plaats moe worden. Mo hield niet van moe worden, dus maakte de fuiken terwijl Hans kreunde van vermoeidheid. 

Neem jij deze zeevissenvangst, zei Hans, ze zijn dun als een pincet, ik neem ze morgen. Mo weigerde de vangst. De dag daarop zei Hans enthousiast: Wat een grote vangst, al zijn ze klein als een walnoot en weer weigerde Mo. 

Zo ging het door totdat de fuiken verrot waren en er geen afwasborstel uit te maken viel.

Dit sprookje/volksverhaal is gebaseerd op: Anansi gaat uit vissen. Anansi is vaak een Afrikaans fabeldier (spin), maar ook mens en heet op de Antillen Nanzi. Het verschilt per Afrikaans land of Anansi weg komt met zijn luiheid en beloond krijgt voor zijn oplichterspraktijken of dat hij lik op stuk krijgt. Dit is beslist een van mijn favourite verhalen. Anansi komt iemand tegen die niet zo'n sukkel is als hij denkt. 

Loading full article...