Lead: Geheel onverwachts begon deze trip bij een vrij druk busstation en kwam later bij de plas die niet te vergelijken is met het Veluwemeer. Zeker in de winter kom je tot de ontdekking dat het ware ook zijn charmes heeft!
Nogal snel betraden we het busperron die we vanuit de lijnbus opliepen. Temperaturen net boven het vriespunt betekende bijna altijd handschoenen aantrekken, dus dat werd er gedaan. Voorbij de supermarkt was in de verte een pad zichtbaar langs een klein meertje die alleen Francisco wis te vinden. Hij was op deze trip de man met het routeboekje met uitleg in zijn ene hand, en een lege andere hand naar beneden zwaaiend aan zijn arm. De andere wandelaar die zich Paul noemde was bekend in deze omgeving, maar alleen van de dorpen en niet van het natuurpad dat ook we als LAW wordt aangeduid. Alleen Francisco kende de weg, wat nogal logisch was met een boekje met geschreven tekst van Amsterdam tot Maastricht. Behoedzaam keek hij regelmatig op de afgebeelde topokaartjes die als een bladzijde in het boekwerk was afgedrukt. Opgelucht haalde hij dan adem bij het terugvinden van het pad dat met een rode lijn was afgebeeld en dat we moesten volgen. Na het overzichtelijke meertje wisten we nog van het busstation dat Francisco had verteld over de grootste plas die nog zichtbaar werd. Het Veluwemeer was er niets bij, want ondanks de temperatuur was de grootse plas donkerblauw en golvend als badwater. Vreemd genoeg bevonden zich in de verte koopwoningen waarvan een aantal bijna bouwklaar waren. Toen we na de eerste wandeldijk over de plas heen waren, ontbrak het bij de koopwoningen niet aan auto's maar wel aan de bewoners in de huizen met grote ramen. Afgezien van de winter waren er ook op de plas die verder liep geen mensen te zien, want geen enkele boot lag strak in de scherpe wind. De conclusie dat de bewoners op vakantie waren of ergens anders nog een huis in hun bezit hadden, stemde mij in ieder geval gerust.
Francisco leek mij geen inbreker maar had er wel de benen voor. Dan zou hij inbreker zijn en met mij en de anderen de gestolen buit delen midden in de nacht. Bij het dak dat was opgetrokken in lichtbruin hout, zonder dakpannen gingen mijn gedachten even naar het inbrekersscenario wat mij een sterk gevoel van macht gaf. Als dit huis beroofd zou worden zonder pappa, mamma en de kinderen, was alleen al het deurslot forceren genoeg. Maar in ons kikkerlandje heeft meer te bieden dan armoede, dus waren mijn eigen huurwoning en persoonlijke meubeltjes genoeg om te bezitten. Na de flauwe bocht waarbij we langs de enorme voortuinen gingen, vielen mij de palen met draden op. Ze leken veel op de Duitse varianten met hun schuine plaats in de berm, en met antennes op het hoogste punt. Op deze smalle eenbaansweg zag je ze eerst links en later rechts verscholen liggen. Het leken geen telefoon of tv-draden maar iets wat alleen een elektricien in onderhoudskledij en met een onderhoudsbusje mij uit zou kunnen leggen. En die was er niet, dus zou het alleen opgehelderd worden door het thuis op te zoeken via het worldwideweb.
Na een rust van appeltjes eten en het wegwerpen in de grote plas met in de verte Reeuwijk als basis volgde we het Kippepad dat een omweg voor wandelaars zou zijn. Het kon desnoods voor koeien worden ingezet, want geen enkele kip zou zich op dit smalle pad begeven. Er lagen voor het grootse gedeelte platgetrapte schelpen en dit werd natte klei, die menig boer met koeien die verplaatst moesten worden ook zou ondervinden. Dan zouden ze geen oog hebben gehad voor de vele ganzen en waterparkieten die met z'n velen uit het golvende water naar hun broedplaats terugfladderden. Na dit "toktokpad" was het eerstvolgende gehuchtje wat ik op het topokaartje had gezien in de verte te zien. Maar eerst moesten we nog twee fietsbruggen passeren die het gehuchtje niet juist genoeg benoemde: "Driebruggen". Dat het een pleisterplaats zou kunnen zijn twijfelde ik niet aan, al zou de Nijmeegse wandelvierdaagse dit intieme gehuchtje niet passeren.
Ontspannend in de kantine van de sporthal die vrij donker en als vloer enorme vierkante tegels had kwam de barman aangelopen. "Hebben jullie ook appeltaart?" vroeg ik. "Nee, dat niet maar een gevulde koek met een noot erop wel" was het antwoord van de barman. Ik schrok heel even, want dat dit dus geen café was werd meteen duidelijk. "Oh ja, nou dan ga ik ermee akkoord, en het geld komt later wel." De twee vrouwen zaten relaxed naast elkaar, bijna fluisterend tegen elkaar te praten. Het vrouwelijke gesprek was dan niet te volgen voor mannenoren, maar mannen waren dan ook meer aan het vooruitdenken. Het wandelboekje werd dan af en toe bekeken, maar ook weer doorgeven aan degene die het nog niet bekeken had. Even later kwam de barman aanzetten met vijf witte schoteltjes met witte kopjes erop die bijna gevuld waren door koffie zonder suiker erin. Die moest je zelf pakken uit het glaasje op de tafel. Suikerzakjes waren het en we gleden allen de substantie in de zwarte koffie. Dat het maar goed zou smaken, na het even draaien met het kleine lepeltje van de barman!