vissen

Aanstaande 21 mei 2022 wordt wereldwijd het openen van rivieren en het herstellen van trekvispopulaties aandacht gevierd . Samen hebben we een enorme beweging gecreëerd, die honderdduizenden mensen over de hele wereld verbindt met hetzelfde belang: rivieren en vissen beschermen. ”Hoe meer mensen bewust worden van de enorme uitdagingen waarmee vissen worden geconfronteerd, om te overleven in de moderne wereld, hoe meer kansen de vissen hebben om ze een helpende hand te bieden.

Trekvissen zijn vissen die zwemmen van zoet naar zout water en andersom. Deze vissen hebben sterk te lijden onder de versnippering van watersystemen. Met de resultaten uit het onderzoek kunnen we betere maatregelen nemen zodat de vissen zonder schade van het ene water naar het andere zwemmen.

En er zijn vissen die migreren. Dat valt minder op omdat het zich onder het glinsterende wateroppervlak afspeelt. Er zijn veel vissoorten die trekken; je zou ze trekvissen kunnen noemen naar analogie van de term trekvogels. Een bekende trekvis is de paling, die om zich voort te planten helemaal vanuit Volendam naar de Sargassozee moet zwemmen en daarna als klein glasaaltje ook weer helemaal terugzwemt. Maar behalve palingen behoren ook driedoornige stekelbaarsjes, zee- en rivierprikken, zalmen, steuren, elften en finten, zeeforellen, spieringen en houtingen tot de trekvissen.

Daarvan zijn er twee categorieën. Je hebt soorten die als volwassen dier in zee leven en om zich voort te planten het zoete water opzoeken, de zogenoemde anadrome vissen. Daartegenover staan de catadrome vissen: die leven in zoet water en trekken voor de voortplanting juist naar zee – de genoemde paling is er een voorbeeld van. Er zijn ook zoetwatervissen die ­migreren, zoals snoeken en baarzen. Ze zoeken vanuit ­ruimer water smallere beken op met voldoende beschutting om te paaien en eitjes af te zetten.
Helse klus om je trekgedrag te kunnen uiten

Maar tot welke categorie je als vis ook behoort, het is tegenwoordig een helse klus om je trekgedrag te kunnen uiten. De mens maakt de trekvis het leven zuur met dammen en sluizen voor de bevaarbaarheid, watermolens in beken (ooit waren er duizenden watermolens in heel Europa), stuwdammen, en als klap op de vuurpijl de ­Afsluitdijk en de Deltawerken. Uiteindelijk bleven in Nederland alleen de Nieuwe Waterweg en de Westerschelde over als openingen waardoor trekvissen naar binnen konden komen, voor de rest stonden ze voor een dichte deur.

Loading full article...