Henkjan's herstructureringen, menig boom wordt opgezet. Zo snapt de één er geen hout van, vindt het hele idee brandhout, ziet door de bomen het bos niet meer en weet van geen hout pijlen te maken, de veranderingen... het is iets wat ze voor geen houten daalder willen, hij is een houten Klaas, hij gaat nog liever op een houtje bijten. Een enkeling staat te blaffen aan de verkeerde boom maar je vindt geen appel onder een perenboom. Een ander kijkt de kat uit de boom, steekt zijn hand niet tussen de schors en de boom, hoe stiller water hoe dieper de boom. Sommigen doen het op eigen houtje en door herhaalde klapkens  vellen ze grote bomen.


Wie in  een boomgaard werkt mag er uit eten.  Elke bos stro waait voor de wind ; spreeuwen die wel kersen willen eten maar geen bomen planten, kunnen de boom in. Men kan niet van alle hout lepels maken maar diegene die uit het goede hout zijn gesneden en van de boom der kennis heeft gegeten, die weet zulk hout, zulk as. Alle hout is geen timmerwerk, men kan wel over zijn hout gaan en soms gaat het van de hoge bomen. Je kan het geld niet van de bomen schudden maar een dood paard aan een boom binden is een pleister op een houten been.


Aan de vruchten kent men de boom, donderstenen vallen op de hoogste bomen. Een boom valt niet met de eerste slag, een slecht houtje dat van het liggen breekt, snijdt geen hout. Als het groene hout uit het bos is gehaald, draaien de bladeren van de bomen en is het weer een botertje tot de boom.



Wil je graag reageren of mee bloggen op yoors? Meld je hier aan en word lid.


Loading full article...