April is veelbelovend begonnen met een vrolijk schijnend zonnetje en temperaturen die langzaam oplopen naar een lenteachtige hoogte. De eerste hommels zoemen om de bloemen van de magnolia en de narcissen die fier hun kopjes in de wind wiegen.

Hilda strekt haar rug. Ze heeft de eerste onkruidjes uit het bloemperk gehaald en voelt dat het ieder jaar iets moeizamer gaat met opstaan na een tijdlang gehurkt te hebben gezeten. Een geluid achter zich laat haar omkijken. Het is één van haar twee geadopteerde koala's. Ze weet dat die dieren iedere dag na zonsopgang 'wandelingen' door het bos maken, maar altijd weer huiswaarts keren om samen met haar te gaan brunchen. De diverse pogingen om ze wat anders te voeren als hun geliefde eucalyptusbladeren zijn alle op niets uitgelopen en ook al geeft Hilda zelf de voorkeur aan een eenvoudig stokbroodje belegd met diverse groente met een blaadje sla, toch dekt ze de tuintafel altijd met luxe croissantjes, chocolademuffins, aardbeientaartjes, bacon en eieren. Maar haar buidelbeestjes zijn nog eerder over te halen om een broek zonder elastiek aan te trekken, dan zich het risico nemen om hun darmflora in het honderd te laten lopen.

Hilda spreidt haar armen om de koala te verwelkomen. Er is echter iets vreemds aan de hand, het zo zorgvuldig opgebouwde contact met haar adoptiekindje lijkt enigszins verstoord te zijn. In plaats van zich in de innige omhelzing te storten, springt het beest zenuwachtig heen en weer en trekt verwarde grimassen.

'Wat is er, speel je voor aap? Het is allang geen Halloween meer hoor. En waar is Telescoop?'

Loading full article...