De Hellfire Pass, gelegen in de bergen van westelijk Thailand, is een van de meest aangrijpende plekken langs de beruchte Birma-spoorlijn. Deze doorgang werd tijdens de Tweede Wereldoorlog uitgehouwen in massief gesteente door geallieerde krijgsgevangenen en Aziatische dwangarbeiders onder bevel van het Japanse leger. De naam "Hellfire Pass" (of "Hellevuurpas") verwijst naar het angstaanjagende tafereel van uitgemergelde mannen die bij fakkellicht in de nacht werkten — een beeld dat deed denken aan een scène uit de hel.

De pass werd met de hand uitgehakt met beitels, hamers en dynamiet. De arbeiders, voornamelijk uit Australië, Groot-Brittannië, Nederland en de Verenigde Staten, moesten onder extreme druk en onder erbarmelijke omstandigheden werken: tropische hitte overdag, ijzige kou ’s nachts, nauwelijks voedsel, en vrijwel geen medische verzorging. De Japanse bevelhebbers eisten een onmenselijk tempo, wat leidde tot uitputting, ziekte en de dood van duizenden mannen.

Loading full article...