De stamkroegbaas (en het recept van mákos tészta, brrr...)
In Hongarije heeft elk dorp wel minstens één kroeg. Tenzij het zo'n piepklein dorpje is dat er geen stuiver te verdienen valt aan de anderhalve drankzuchtige lamstraal zonder werk. Gelukkig woon ik in een dorp dat niet echt klein is en daarom is er een florerend kroegje. Dat kroegje is een ideale plek om Hongaars te leren op de uren dat mijn lief naar werk is of ik doe er heel intelligent een puzzel uit de krant, gezeten aan tafel. Ok, de sudoku dan, want cijfers zijn internationaler dan taal.
De gemiddelde Hongaar houdt wel van een drankje. Geld of niet, gezopen moet er worden. En dat snap ik best, een beetje. Zou ik namelijk een mond vol rottende stompjes hebben door een voorliefde voor zoete zooi en geen tandenborstel dan zou ook ik mij in de ochtend, de middag en avond glaasjes pálinka in laten schenken. De mond moet echt goed ontsmet worden tenslotte. En wanneer ik een bord mákos tészta ( lintmacaroni met gemalen maanzaad en suiker. Koud te eten en alleen volgens Hongaren onwijs lekker. Recept onderaan de blog voor wie nieuwsgierig of eigenwijs is) weggewerkt zou hebben zou ik niet alleen mijn tanden maar ook mijn slokdarm, maag en darmen willen reinigen met zo'n geniepig klein glaasje afbijtmiddel.
Soms wil iemand per sé dat ik een glaasje pálinka drink, zoals vandaag. Maar ik weiger want ik hou niet zo van drank. Meestal zit ik aan de sapjes of Fanta. Maar dring vooral aan en ik zal je zeggen dat ik de palinka wel mee naar huis neem om er de ramen mee te lappen of de kachel mee aan te steken. Dan zijn ze meteen klaar want dat vinden ze wel grappig maar ook zonde dus krijg ik geen pálinka. Gelukkig maar!
Vandaag vond de baas (nou ja, de kroeg is van zijn vrouw..) dat hij mij ernstig toe moest spreken over mijn lief. Afgelopen zondag namelijk, hadden de twee saampjes veel teveel zitten zuipen aan een tafeltje op het terras. Alletwee waren ze stomvervelend en dronken en dat ontaarde in een ordinaire schreeuw en scheldpartij als ik de getuigen mag geloven. Ach wat, ik geloof de getuigen wel...
Dat betekent dus dat er, vertaald, heel veel "hoerenleven", "neuk mij" (in plaats van het Engels "neuk jou") en natuurlijk het geweldige "een paardenlul in je achterste". Natuurlijk hebben ze elkaar vertelt hoe lelijk de ander is en dat de ander gek is. Maar goed, het was op luide toon en meerdere mensen mochten ervan meegenieten. Mijn lief kennende zal hij wat wilde gebaren gemaakt hebben waarbij hij zijn duim met een rappe beweging over zijn keel gehaald heeft waarmee hij aangeeft iemand best halal te willen slachten. Ofzo...
Anyway, weer heerlijk gelachen om je vertelsel(s). Maanzaad malen in de vijzel... Ik geef (weer eens) een tip: Hou de kruimeldief in de aanslag...