Meer verdienen met minder vee? Het kan, als de boer het wil
De melkprijs is hoger dan ooit. Hierdoor staan melkveehouders voor een interessante keuze. Gaan ze verduurzamen en komen ze tegemoet aan de stikstofregels van de overheid? Of gaan ze voor intensivering en breiden ze nog snel uit? Grote zuivelproducenten als A-ware zetten vol in op behoud van de status quo. En dat klinkt ook door in de steeds gewelddadiger boerenprotesten.

Gigantische investeringen

De Nederlandse zuivelindustrie staat hierdoor op een tweesprong. FrieslandCampina reorganiseerde fors: de zuivelcoöperatie sloot fabrieken en voegde andere samen.

Zuivelgigant A-ware zet juist in op meer productie, blijkt uit een vergunningsaanvraag die het Friesch Dagblad eind vorig jaar inzag. Hieruit blijkt dat A-ware, eigendom van Quote 500-miljonair Jan Anker, in zijn fabriek in Heerenveen jaarlijks 100.000 ton kaas extra wil produceren. Ook Arla Foods trok enkele jaren geleden 527 miljoen euro uit ‘om zo weer dichterbij de groeiambities te komen’.

Met een gestegen zuivelconsumptie in Europa hebben deze investeringen overigens niet zoveel te maken: die is al jaren nagenoeg vlak. De Nederlandse zuivelgiganten zoeken actief naar afzetgebieden elders. FrieslandCampina boort met haar merk Dutch Lady bijvoorbeeld marktaandeel in Zuidoost-Azië aan, terwijl Arla over zijn investeringen schrijft dat ze zijn ‘gericht op het verhogen van de omzet [...] buiten Europa. De snelst groeiende strategische markten van de onderneming zijn het Midden-Oosten en Noord-Afrika, China en Zuidoost-Azië, Sub-Sahara Afrika en de Verenigde Staten.’

De prijs voor ‘melk‘ is zelfs zo gestegen, dat die de prijs voor biologische melk nauwelijks nog ontloopt

Deze investeringen verdienen zich alleen terug als de zuivelgiganten jaarlijks enorme stromen melk kunnen verwerken. Dus doen ze er momenteel alles aan om te voorkomen dat melkboeren overstappen op een ander product of gaan samenwerken met een concurrent. Met record-melkprijzen tot gevolg.

De prijs voor ‘melk‘ is zelfs zo gestegen, dat die de prijs voor biologische melk nauwelijks nog ontloopt. FrieslandCampina betaalt momenteel 60 euro voor 100 kilo gewone en 62,75 euro voor biologische melk.

Dit is inmiddels ook terug te zien in de prijs die consumenten betalen voor zuivelproducten. Uit cijfers van het CBS blijkt dat die momenteel harder stijgt dan de inflatie. De prijs in de supermarkt voor boter steeg sinds vorig jaar ruim 18 procent, de prijs voor kaas en kwark ging met ruim 11 procent omhoog. In sommige supermarkten is de prijs voor biologische zuivelproducten nu zelfs lager dan die van ‘gewone’.

Vette jaren voor een overstap
De zuivelverwerkende industrie spreekt met regelmaat steun uit voor de boerenprotesten. Met name A-ware, het bedrijf van zuivelmiljonair Jan Anker, is een van de drijvende krachten achter de steeds gewelddadiger boerenbeweging. A-ware financierde bijvoorbeeld Agri Facts, een stichting met erg korte lijntjes met de Nederlandse landbouwlobby.

A-ware noemt de stikstofplannen van het kabinet ‘onrealistisch, onnodig en onacceptabel’ en stelt ten onrechte dat er ‘discussie is’ over de bijdrage van de landbouwsector aan de stikstofcrisis. Ook FrieslandCampina meent dat boeren in Nederland ‘wat meer steun mogen krijgen’.

Duidelijk is dat veel melkveehouders die woorden ter harte nemen. Nederland is al weken in de ban van hun protest, waarbij een deel van de boeren radicaliseert, snelwegen blokkeert en politici bedreigt.

Maar de hoge melkprijzen maken het voor melkveeboeren makkelijker dan ooit om over te stappen op een extensievere, duurzame melkveehouderij. Bestuurslid Annette Harberink van Caring Farmers, een organisatie die natuurinclusieve kringlooplandbouw beijvert: ‘Slimme boeren gebruiken de vette jaren om over te stappen. De hoge melkprijs maakt die overstap minder zwaar, dus dit is hét moment.’ Melkveehouder Schoonman is het met haar eens: ‘Als wij de eerlijke prijs voor ons product krijgen, dan zijn de transities die de maatschappij van ons vraagt binnen vijf jaar gerealiseerd.’

Die transitie wordt evenwel bemoeilijkt doordat de prijs voor biologische en gewone melk nu zich dichtbij elkaar liggen. Biologisch melkveehouder Rick Huis in ’t Veld: ‘Wie extensief boert, produceert minder melk per hectare. Normaal gesproken wordt dat deels gecompenseerd door een hogere opbrengst voor biologische melk. Door de gestegen prijs voor gangbare melk is het verschil nu echter heel klein.’
Niettemin adviseert hij boeren nu toch over te stappen: ‘Nu kun je de omschakelkosten betalen. Over twee jaar kan de gangbare melkprijs weer een stuk lager zijn, terwijl de prijs voor biologische melk behoorlijk stabiel is.’

Niet iedere melkveehouder wil overstappen. ‘Een deel van de melkveehouders ziet niets in een duurzamer model,’ zegt Harberink. ‘Zij reageren heel anders op de stijging van de melkprijs: ze zetten in op uitbreiding.’ Dat is terug te zien in de prijs voor fosfaatrechten. Sinds 2018 moeten boeren die willen groeien fosfaatrechten bijkopen. Nu de overheid heeft aangekondigd dat de melkveestapel moet krimpen, ligt daling van die prijs in de lijn der verwachting. Veel ruimte voor groei van de melkveestapel is er niet meer. Het tegendeel is echter het geval: fosfaatrechten worden momenteel fors duurder. Ten opzichte van begin dit jaar is de prijs met 16 procent gestegen. Bewijs dat een aantal melkveehouders inzet op een zo groot mogelijk aantal koeien; niet op krimp.

Boeren die sowieso al niet veel op hebben met een duurzamer bedrijfsmodel, zien in de gestegen melkprijs alle reden om alles bij het oude te laten, of sterker nog: te intensiveren. Zeker nu het verschil tussen gangbare en biologische melk zo klein is.

Daarmee is het boerengeweld van de afgelopen weken meer dan een reactie van ‘de’ melkveehouderij op het stikstofbeleid van de overheid. De verschillen zijn simpelweg groot. Bij een deel van de boeren gaat het niet om de vraag of ze aan de regels kunnen voldoen door te verduurzamen.

Het is de vraag of ze dat willen.

Lees het hele artikel op Follow The Money foto in kader boven.
Loading full article...