‘Het spijt me,’ zeg ik als ik een paar druppels mors op haar gewaad.
‘Dat geeft niet.’ Haar zachte stem klinkt als fluweel.
Terwijl ze drinkt, staar ik verloren in haar grote donkere ogen. Ze heeft een gracieus ovaalvormig gezicht. De sieraden om haar nek schitteren in de zon.
‘Dankjewel voor de verfrissing.’
Ik lach verlegen en verdrink opnieuw in haar grote ogen.
Op dat moment wordt ze geroepen en is de verbinding verbroken. Ze neemt haastig afscheid en dan is ze weg. Ik staar haar met open mond na.
‘Hé slaapkop, wakker worden!’ hoor ik iemand roepen.
Ik draai me met een ruk om en zie de ijstrol weer terug. ‘Hoelang sta jij daar al?’
‘Lang genoeg,’ lacht hij. ‘Hoe was je ontmoeting met de prinses?’
‘Prinses?’ herhaal ik verbaasd.
‘Dat was prinses Hetepheres, de dochter van de farao.’


Loading full article...