Onthoud mij
in je dromen
want aan het gaan
is geen ontkomen,
nu niet, noch later.

Hoe onvolkomen klein
hoe onvolmaakt
de tederheden
je weet, je was mijn reden
de hand waar ik naar greep
bij kleinigheden
en hulpeloos verweer
of wandelend
in het druk verkeer.

Onthoud mij dus
in die verwarde droom
van jij en ik
om al het dwaze
dat we deden
maar ook om zoveel heerlijkheden.

Nadien