Je had het tafelkleed weggerukt en zat ineengedoken op de grond. Het was zover, je was al ver over je grenzen heen. Dat krijg je dan als je maandenlang veel te veel hooi op je vork neemt en je alles wat er om je heen gebeurt gewoon laat gebeuren. Ook al weet je dat het niet oké is, ook al besef je dat een ander verkeerde dingen op je programma heeft gezet. Je wordt geleefd, en je doet gewoon niets. Je gaat naar de winkel en vergat wat je moest kopen. Dan kom je voor de zoveelste keer thuis met een hele lading yoghurt (want die was bijna op, niet?) en meer dan twintig tubes tandpasta (dat gaat niet kapot, weet je).
Je kreeg weer een brief van je ex die smeekt om terug te mogen komen, maar dat kan je nu niet hebben. Je hebt nood aan stabiliteit, maar niemand lijkt je die te kunnen geven. Dus steek je die brief in brand, gewoon omdat je van de geur van verbrande lucifers en vervlogen tijden houdt.
Volledig overmand door verdriet – of is het machteloosheid – zit je daar blootsvoets op de mat, kijkend naar de scherven van jezelf. Je probeert je te vermannen, je moet opnieuw op je benen staan. Maar je lichaam draagt de zware lasten niet. Je blokkeert. Als je lijmt wat je had verknipt, verprutst die onzichtbare schaar alles wat je ooit probeerde. Het is genoeg... je valt, maar je ziet de bodem van de put niet. Je gilt, maar je mond maakt geen geluid. Je schreeuwt het uit. Wie wil je horen?

Word lid en beloon de maker en jezelf!

Loading full article...