Uit de Oude doos - Van fistels gesproken (Deel 5 en slot)
Op 18 november 1686 wierd de koning ontdaan van zijn koninklijke waardigheidstekens, dwars over een bed gelegd met een kussen onder zijnen buik - want operatietafels bestonden er nog niet - in nen voorkamer van het kabinet " de l'oeil de beuf " en Tassy haalde zijn speciaal mes uit, zijnen "bistouri à la royale" want hij had er zelf een laten maken omdat de andere hem lijk geen voldoening schonken. Armen en benen werden elk goed vastgehouden door nen apotheker die daarvoor ieder 12.000 pond parisis zou krijgen.

Voorzeker dat er "miljards" uit dat kabinet vertrokken zijn naar den hemel, want er bestond nog geen verdoving en alles moest levende en rauw gebeuren. Nu 't lukte en Felix kon geheel die fistel doorklieven met zijn mes. Maar z'en hadden nog geen gaze-kompressen en de wonde sloot veel te zere zodat ze die met een schare were moesten opensnijden: were zonder verdoving! Van dan voort sloeg het mee - 't slaat in 't leven altijd mee voor de groten zegt het volk - en die wonde genas nu schone omdat ze die keer de inwendige opening van de fistule medegepakt hadden.
Weet je hoevele dat die historie gekost heeft? Schandalig vele en 'k durve het bijna niet zeggen. Fagon, de chirurgijn die gezegd had dat de koning hem moest laten opereren kreeg 80.000 pond parisis, zijnen dokteur 100.000 pond en Felix, den operateur of chirurgijn, 300.000 pond parisis met nog een heel stuk grond en den titel van baron. Als ge rekent en telt dat, zonder den B.T.W. en een klein beetje inflatie der bij, dat zulk een pond nu ongeveer 100 belgische frank (100: 40,3399 is ongeveer 2,5 euro) zou weerd zijn, kunt ge zelf de somme maken.
Weet je wat dat ik ging gevraagd hebben indien Lodewijk mij aan zijn hof had moeten roepen om te werken aan zijn klein kasteelke? 'k Ging gezeid hebben: "Sire, 'k ga je genezen en dat op korten tijd, maar als je wilt oorlog voeren en meug je naar de Vlaanders niet meer komen. En ge moet ook Frans-Vlaanderen were geven dat ge van ons afgepakt hebt. En joen ponden, als ge der te vele hebt, besteed ze aan goe werken". En groetend hoofds de koning... schreef Rodenbach nu honderd jaar geleden.
Wie weet had Lodewijk toch niet in den appel gebeten en "hem laten doen" als hij miserie genoeg had. Wuk doet ne mens al niet om te genezen en te blijven leven?