De boeren deden nog veel dingen zoals de mensen in de ijzertijd. Een aantal gewoontes waren voor de Romeinen erg ongewoon. De boeren woonden bijvoorbeeld in één grote ruimte met hun dieren. Ook aten de boeren pap van gerst. De Romeinen gebruikten gerst juist als veevoer. Romeinen aten brood dat gemaakt was van tarwe.

Vanaf de Romeinse tijd is er een nieuwe manier van graanmalen bekend met een rondraaiende handmolen. Het aantal uren dat per dag gemalen moest worden werd zo veel rminder. In deze tijd leerde de mensen ook om brood te bakken in een eenvoudige oven.

De komst van de Romeinen zorgde ook voor de komst van nieuwe smaken, zoals wijn, kip, konijn en kastanje. Ook werd er door de Romeinen veel gebruik gemaakt van kruiden bij het koken en als medicijnen. Voorbeelden van kruiden die door de Romeinen gebruikt werden zijn:

Loading full article...