Woodstock '99. All hell breaks loose
Woodstock '99 moest een millenniumbepalende viering van vrede, liefde en geweldige muziek zijn. In plaats daarvan ontaardde het festival in een episch treinwrak van branden, rellen en vernietiging. Gebruikmakend van zeldzame insiderbeelden en ooggetuigeninterviews met een indrukwekkende lijst van festivalmedewerkers, artiesten en aanwezigen, gaat deze docuserie achter de schermen om de ego's, hebzucht en muziek te onthullen die drie dagen van totale chaos aanwakkerden.
De start van deze miniserie zet meteen de toon: de plaatselijke burgemeester krijgt de champagnefles om het podium in te wijden maar niet kapotgeslagen, openingsact James Brown wil pas optreden als hij (meer) geld krijgt en zijn vrouwelijke collega Sheryl Crow krijgt vervolgens telkenmale te horen dat ze haar tieten moet laten zien. De sfeer zit er, kortom, direct goed in en laat het dan maar aan hyperagressieve nu-metalbands als Korn en Limp Bizkit over om de kwart miljoen bezoekers helemaal over de flos te krijgen.
Meredith Curly Hunter, Jr. (24 oktober 1951 – 6 december 1969) was een 18-jarige Afro-Amerikaanse man die werd gedood tijdens het Altamont Free Concert in 1969. Tijdens het optreden van The Rolling Stones naderde Hunter het podium en werd hij met geweld weggereden door leden van de Hells Angels-motorclub die waren gecontracteerd om als bewakers te dienen. Vervolgens keerde hij terug naar het podium, trok een revolver en werd neergestoken en doodgeslagen door Hells Angel Alan Passaro. BB
Gimme Shelter Alsof de Duivel ermee speelt… Deze klassieke popdocu uit 1970 start met de welhaast demonische klassieker Jumpin’ Jack Flash, opgenomen tijdens een Rolling Stones-concert in New York. Na een absolute killerriff van Keith Richards fleemt Mick Jagger de wereldberoemde openingszinnen in de microfoon: ‘I was born in a cossfire hurricane and I howled at my ma in the driving rain.’