#geschiedenis  
In de 12e eeuw viel het gebruik van zijde en katoen op. In de
dertiende-eeuws fluweel verscheen en verhoogde de productie van bont,
gebruik van bont als kleding.

In de Renaissance ontstonden er nieuwe
modegenres en naaien kregen een hoge mate van
professionalisering. Rijkere en spectaculairdere kostuums verschenen in de
verhaal, met felle kleuren en originele vormen, die grote bekendheid geven
aan de mouwen, aan de plooien en aan de stof valt. Deze pakken hadden
ook borduurwerk en garnituren, en in de 16e eeuw vielen ornamenten zoals kraag op, een stof van gerimpeld kant dat de nek bedekte. In de
damesmode verscheen het korset, dat de taille sloeg, over een rok erin
vorm van een bel.


In de 17e eeuw, als gevolg van religieuze invloed,
draag de sobere en sobere vormen. Het meest gebruikte materiaal was stof
en zijde was alleen beschikbaar voor de hogere klassen. Het verscheen ook
de jas, met de kraag met gesteven kanten ruches, de stropdas,
die oorspronkelijk de vorm had van een strik, en de jas, een lange jas
voorzien van een wijd uitlopende vorm aan de onderzijde.

XII, XII, XVI, XVII eeuw en hun mode.