Soms vergaat onkruid...
De ultieme rust heb ik gezocht, ben ernaar toe gelopen. Hoewel je het nauwelijks meer lopen kunt noemen. Wankelen, kruipen, slepen. Ik geef mezelf een dikke min ervoor. Het is me niet gelukt om me te ontwikkelen. Ik heb gefaald.
Ik, sterke vrouw. Ik, het krachtig welig tierende onkruid. Ik, zij die zich door niets of niemand de les liet lezen, door niemand zich liet vertellen wat onmogelijkheden waren, ik ben gebroken. Geknakt. Mislukt. Terneergeslagen.
Ik, de strijder, die nooit van opgeven wist, die altijd maar door kon gaan, zelfs als het onmogelijk leek. Strubbelen, zuchten, vallen, opstaan, vechten, knokken, doorbijten. Doorgaan.
Hoor de golven ruisen, de zee roept: 'Kom, laat mij je redden. Laat mij me over je ontfermen. Kom. Nog een paar stappen, dan doe ik de rest. Je verlangen zal ik bevredigen. Rust zal ik je brengen.'