Op zoek naar fortuin heb ik altijd al verschillende baantjes aangenomen, want steenrijk worden is toch altijd een soort hobby van me geweest, het maakt het doen van inkopen nu eenmaal een stuk gemakkelijker. Dat rijk worden had overigens wisselend succes, moet ik in alle eerlijkheid toegeven. Een van de baantjes waarmee ik een hoop geld hoopte te verdienen was het vervaardigen van tonnen. Geen geldtonnen (helaas), maar regentonnen en zo nu en dan zelfs een heuse wijnton. Dat laatste type ton vroeg natuurlijk wat meer van mijn buitengewone capaciteiten, maar ik houd wel van een uitdaging op zijn tijd.

Zo moesten we op een gegeven moment een wijnton fabriceren voor baron Jacobus van Slooten, een man die wijn dronk geheel overeenkomstig zijn achternaam. Het moest daarom een enorm ding worden. Als je deze ton overlangs zou doorzagen, dan zou je twee stevige roeiboten hebben waarmee je vast ook wilde rivieren zou kunnen oversteken. Ideaal als je een noodverbinding wil maken met de overkant, maar verder is zo’n ton nogal onpraktisch en in ieder geval is de constructie van zo’n exemplaar een heel karwei.

Was de fabricage al een hele klus, dat was nog niets vergeleken met de toer die we moesten uithalen om het ding afgeleverd te krijgen. Met een grote dieplader, waarop de ton met een soort megagrote autogordels was vastgezet gingen we op weg. Het paste maar net op de smallere wegen en ik moet helaas zeggen dat menig vogelhuisje tijdens deze tocht sneuvelde. Het laatste vogelhuisje dat we tegenkwamen zat steviger vast dan gedacht en gewenst, en ik moet zeggen dat we daar toch door overvallen werden. We hoorden een pesterige scherp geluid en daarop volgde meteen een vreemd, klokkend geruis. Vervolgens drong een onmiskenbare wijngeur tot ons door. Op zich niet onprettig, maar toch zeer onverwacht en zeker niet gewenst. Erger werd het toen de hele wagen van de grond loskwam en we in een rode wijnrivier onze weg vervolgden. Hoe we zeker wisten dat het wijn was? Simpel, dat is een kwestie van proeven. Bij beroerde wijn proef je één keer, bij goede wijn iets vaker en bij uitstekende wijn is het lastig op te houden. Het eind van het liedje was dat toen ons wijnvaartuig weer aan de grond stond wij tamelijk zat waren. En dat beëindigde helaas ook mijn carrière als wijnton bouwer…


Loading full article...