17 november 2010: Minder
Vandaag op TV De nacht van de popmuziek. In 2010 lag ik vanuit mijn ziekenhuisbed naar dit programma te kijken. Eens kijken in mijn oude blogs en jawel hoor; van 17 november 2010 heb ik een verslag:
De periode waar ik zo tegenop zag is aangebroken.
Niet het fysieke herstel, dat komt wel goed. Al het andere; de toiletbezoeken, al de pijntjes en ongemakken die je er gratis bij krijgt.
Zo heb ik in het ziekenhuis een verkeerde beweging gemaakt, waarbij iets in mijn buik beschadigd is en belachelijke pijnen veroorzaakt. Vermoedelijk het buikvlies.
Ik ging rechtop zitten en uit macht der gewoonte deed ik dat in één ruk met mijn buikspieren. Toen schoot er een bliksemstraal onder de wond vandaan richting mijn rechter lies. Later heb ik diezelfde domme beweging nog eens gemaakt…. Sindsdien ben ik weer elke 4 uur aan de 1000 mg Paracetamol en elke 8 uur aan de 500 mg Naproxen. Zonder is niet te doen. Zelfs als ik stilzit, schieten de pijnscheuten door mijn lijf. Echt idioot. Verontwaardigd zeg is dan: “ik doe helemaal niets! Wat doe ik dan? Kijk nou, ik beweeg niet eens!”
De hechtingen zijn stapsgewijs uit de wond gehaald. Na 10 dagen mochten ze eruit, maar de doktersassistente vond er nog veel te veel spanning op staan en deed er daarom maar twee. Na 3 dagen heeft ze er nog 1 uitgehaald. Maar aangezien er nog steeds vocht en vuil uit de wond kwam, wilde ze de laatste twee er niet uithalen totdat de dokter ernaar gekeken had. Misschien zou ze wel antibiotica voorschrijven. Die middag ben ik nogmaals teruggegaan en heeft de dokter geoordeeld dat de hechtingen soms ook voor irritatie en ontstekingen kunnen zorgen en de laatste 2 eruit gehaald. Eindelijk van die dingen bevrijdt.
Ontlasting is nauwelijks op te houden. En als je dan 15 tot 30 keer per dag naar de wc moet rennen, begrijp je wel dat je het huis niet meer uitkomt. Vrijheidsbeperking als het huisarrest van de Myanmarese oppositieleidster Aung San Suu Kyi.
Je moet je voorstellen dat het rectum, wat ik dus niet meer heb, een vergelijkbare functie heeft als de blaas. Opvang, voorraad verzamelen en dan in één keer een grote lozing. Ik heb nu een darm die rechtstreeks op de binnenste kringspier is aangesloten. De darm zelf kan alleen maar een peristaltische beweging maken en weet van geen ophouden. Aangezien de vertering in porties gaat, komt het ook in porties door de dikke darm heen. Volgens de chirurg moet de darm in de loop van de tijd soepeler gaan worden en oprekken om meer opvang capaciteit te krijgen. Maar het is natuurlijk afwachten of dat gaat gebeuren en je moet er wel een half jaar voor uittrekken.
Voorlopig is alles in mijn buik één bonk litteken moet je maar rekenen. Littekens duren sowieso een jaar om uit te ontwikkelen en vergis je niet; littekenweefsel is hartstikke stug. Daar gaan jaren en jaren overheen voordat het soepeler is.
Zoals mijn huisarts al zei: “ Je hebt nog een lange weg te gaan.”
En zoals mevrouw de Boer op haar kaartje schreef: “Kind, je moet een zee over!”
De zaalarts in het ZMC zei: “Maar mevrouw er is natuurlijk wel heel wat gebeurd.”
Het gekke is; zo voelt het niet. Het voelt helemaal niet alsof er heel wat is gebeurd. Mijn lichaam is gezond, getraind en sterk . En dat zorgt -denk ik- voor mijn onbegrip voor de ongemakken die ik nu heb.
Maandag zat ik er voor het eerst echt doorheen. Ik zag in de spiegel een vrouw waar alle levendigheid uit de ogen verdwenen was. Niet de gebruikelijke fonkeling van nieuwsgierige, uitdagende energie. Ze zien dof en flauw, mijn stem zwak en toonloos.
De bloemen die ik van mijn laatste visite kreeg staan nog steeds in het celofaan
in de tijdelijke pot met water. Ich hab keine lust.
Als dit het is, dan hoeft het van mij niet. Als er nu iets ergs met me gebeurd, laat me dan maar doodgaan. Verspil geen tijd en geld. Het leven is eindig, dat moeten we onder ogen zien en accepteren. Het is de natuur. Stop er gewoon mee.
Maar als mij niets overkomt, dan ga ik gewoon door natuurlijk. Ik ben er niet zo aan toe dat ik er actief een end aan wil maken hoor.
Geduld. Makkelijk gezegd, maar ik stond echt helemaal achter in de rij toen dat werd uitgedeeld.
Ik moet het ritme van een darm volgen en mij daarnaar voegen. Ook al zoiets wat ik niet in mijn talentenpakket heb meegekregen; volgen.
Dan is daar nog mijn baan. Je kunt 1,5 jaar probleemloos ziek zijn, maar daarna dreigt ontslag. Daarom ook baalde ik ervan dat die tweede operatie zolang op zich liet wachten. Dat gaat allemaal van mijn tijd af. Wat nou als het niet gaat werken, als ik incontinent blijf? Dan moet ik nog een keer geopereerd. Nog meer tijd. Dat haal ik nooit binnen die 1,5 jaar.
En tjonge, wat is fysieke pijn toch overheersend en bepalend. Ik raak erdoor in mezelf gekeerd en ik wil helemaal niet alle aandacht op mij en mijn lijf. Er is zoveel meer, maar dat is nu onzichtbaar en zo oneindig ver weg. Pijn maakt depressief en trekt een zwaar, donker gordijn rondom mij. Verkleind mijn wereld tot enkele vierkante meters en soms bijna tot op de huid. Er dringt nog maar weinig door het gordijn naar binnen. Man en kinderen komen af en toe met hun hoofd door een opening, maar ik kan mijn gedachten nauwelijks ordenen. Wat ze zeggen dringt niet goed tot me door. Zelfs als ze vragen of ze nog wat voor me kunnen doen kan ik het niet bedenken. Alleen “laat me maar even”.
Tijdens het diner vertellen de kinderen honderd uit. Ik doe mijn best te luisteren terwijl ik me zo onopvallend mogelijk met mijn rechterhand aan de tafel klem om stil en rechtop te kunnen zitten. Bij elke pijnscheut kijken ze me verschrikt aan. Het enige wat ik doe is luidruchtig inademen zoals je doet wanneer je schrikt. Linker hand soms voor mijn mond, ogen starend in de ruimte of neergeslagen. Weer wil ik niemand laten zien wat er in mijn ogen te lezen valt.
Ook al herinner ik me geen moer van de gesprekken aan tafel. Wat zou ik zonder mijn gezin moeten? Door alle pijn en ellende heen zie ik ook hun mooie, lieve, leuke koppies. De afleiding is enorm en meer dan welkom.
‘s Avond in bed richt ik mij op het Universum en laat de genezende energie toe. De vreemdste beelden volgen elkaar in een razend tempo op. Er gebeurd van alles. Ik ruik sigarettenrook. Dat betekent dat mijn Indische opa bij me is. Hij zorgt er altijd voor dat alleen de positieve energieën tot mij door kunnen dringen en houdt alle ongewenste krachten buiten.
Als je me zou vragen, wat is je geheim? Hoe doe je het? Hoe kan het dat je zo snel hersteld van die operaties en dat je alles met zo’n optimisme en kracht doorstaat? Dan is dit is mijn geheim. Ik maak gebruik van de energieën die er zijn, die ik van alles en iedereen krijg. Mijn opa filtert en beschermt.
Dinsdag gaat het weer wat beter met me. Ik voel me weer creatief, nieuwsgierig en strijdlustig. Toch hoop ik dat ook dr. Engel, waar ik vanmiddag voor de eerste nacontrole naartoe ga, me wat hoop en vertrouwen kan geven. Hij heet tenslotte Engel, nietwaar.