Kimmie en Ko in Venezuela
‘Waar zijn we?’ vraagt Ko.
‘Ik geloof dat we in Venezuela zijn,’ antwoordt Kimmie. ‘Zullen we even pauzeren bij dat grote meer?’
‘Goed idee!’
Ze landen bij een grote waterplas. Het is er druk. Honderden, misschien wel duizenden flamingo’s met een oranje-roze verenkleed, een zwarte snavel en donkerroze poten staan om hen heen.
Ko begint op en neer te springen.
‘Wat doe je?’ vraagt Kimmie.
‘Ik heb kramp in mijn tenen gekregen,’ zucht Ko. Zijn verkrampte tenen laten hem springen van zijn ene op zijn andere poot. Hij beweegt zijn kop er ook maar bij.
Van links naar rechts en weer terug. En dan zijn lijf, zijn mooie gele lijf begint ook mee te deinen. Zijn heupen beginnen als vanzelf te bewegen. Het lijkt wel tovenarij. Van links naar rechts. Op en neer. Draai in het rond. En dan nog een keer.
Ko weet van gekkigheid niet meer waar hij mee bezig is, dus gaat hij maar door en door tot hij het weer een beetje warmer heeft. Het begint langzaam te komen; zijn bloed stroomt sneller door zijn aders. Zijn spieren warmen op en nog veel beter: hij begint er lol in te krijgen.
En daar hebben het. Nu gaat hij er ook nog bij zingen. Zingen en dansen. De kanariedans.
‘Wat ben je aan het doen?’ vraagt een flamingo naast hem.
‘Ik ben aan het dansen. Zie je dat niet?’ zegt Ko verbaast.
‘Maar waarom dan?’ vraagt de ander weer.
‘Ik had kramp in mijn tenen. Daar begon het mee, maar nu is het gewoon leuk om te doen. Een, twee, hup! Een, twee, hup! Poten in de lucht, draaien met je heupen. Tralalala.’
De andere flamingo kijkt het tafereeltje eerst bedenkelijk aan, maar begint dan mee te doen. Eerst voorzichtig. Dan steeds enthousiaster.
‘Je hebt gelijk!’ roept hij uit. ‘Het is leuk en je krijgt het er warmer van.’ Hij stoot de flamingo naast hem aan en die begint nu ook mee te doen. Al snel wordt het vrolijke ritme van flamingo naar flamingo doorgegeven. Duizenden flamingo’s dansen de flamingodans.
Ko geeft de maat aan. Kimmie volgt. Ze dansen vooruit en de rest danst er achteraan. Ze steken hun linkervleugel uit en dan de rechter. Een enorm geklapwiek is het gevolg. Dan staan ze stil, draaien zich om en beginnen opnieuw. Van links naar rechts. Op en neer. Draai in het rond. En dan nog een keer. De hele stoet flamingo’s draait ook om en sluit er weer op aan. Het lijkt wel een polonaise.
Zo gaan ze de hele dag door en een pret dat ze hebben!
con un flamenco bailando
con sus dos patas saltando
y gozando un buen puyero