De golven worden steeds wilder, het schuim ziet er verraderlijk uit. De ogen van mijn man fonkelen minstens net zo vervaarlijk. Een ijskoude rilling trekt langs mijn ruggengraat omhoog. Wanneer gaat het spul nou werken? Ben ik te vroeg begonnen? Een heel nieuw scenario ontrolt als een film in mijn hoofd. Niet aan doemdenken doen! Koel blijven.

'Nee, die overval was een verzinsel.'  

'En er ligt dus ook geen buit in het water?' Zijn ogen worden steeds donkerder, zijn stem steeds dreigender.

'Je bent snel van begrip,' grinnik ik.

Loading full article...