De hotelkamer
Er is heel wat gebeurd de laatste maanden. Stephanie is blij dat ze eindelijk alles even achter zich kan laten en aan niets anders hoeft te denken dan heerlijk veel sneeuw en haar skilatten. Hier heeft ze zo hard naar uitgekeken. Binnen een uurtje zal de bus haar bij het hotel achterlaten, zonder zorgen over werk of relatieproblemen. Het landschap heeft zich in de voorbije uren weten om te vormen tot een zalig wit tapijt, om van te smullen. De oude man die naast haar zit, is al een hele tijd in dromenland. Stephanie is er niet rouwig om, ze heeft geen zin om te praten en wil gewoon naar haar lievelingsmuziek luisteren. Dit moet een vakantie worden boordevol me-time. Het moest maar eens gedaan zijn om anderen steeds op de eerste plaats te laten komen, dat wil ze niet langer.
Pas als de bus vertraagt en daarna helemaal tot stilstand komt, beseft ze dat ze ook is ingedommeld. De bus is nagenoeg leeg. Dat is niet erg, ze is hier immers niet om het sociaal beest uit te hangen. Ze wil enkel de hele dag sporten en daarna in haar eentje op de bank gaan liggen met een boek.
'Mevrouw De Backer? Ik ben bang dat ik geen al te best nieuws voor u heb.'
De reisleider is naast haar komen staan, ze krijgt meteen het gevoel dat haar hart wordt samengeknepen. Dit mag niet, denkt ze, ik heb geen ruimte voor slecht nieuws. Ze zou zich enkel nog beschikbaar stellen voor leuke dingen. Stephanie heeft zin om - net als een klein kind - de vingers in haar oren te stoppen en 'lalalala' te roepen. Maar dat doe je niet als je ouder bent dan tien.
'Mevrouw De Backer?' De reisleider kijkt haar bezorgd aan, maar gaat dan toch verder. Slecht nieuws kent geen goede timing, dat weet hij ook. 'De hotelkamer die u heeft geboekt is helaas niet vrij. Er is een dubbele boeking gebeurd. Uw kamer is reeds in gebruik genomen door een jong koppel met drie kinderen. U begrijpt dat het moeilijk is om vijf mensen ergens anders te kunnen onderbrengen. Daarom heeft het hotelmanagement voor u een andere oplossing gezocht.'
Daar heb je het weer! Stephanie moet alweer het onderspit delven, de anderen zijn belangrijker en zij wordt voor de zoveelste keer naar de achtergrond geschoven. En dat moet ze - zoals steeds - gewoon prima vinden. Voorlopig zegt ze niets, dat is wat er meestal gebeurt. 'Zegt u het maar, wat voor schitterend alternatief staat er mij te wachten?'
'Er is nog een plaatsje vrij in de kamer van een stel vrienden. Vijf jonge kerels, een van hun vrienden heeft de dag voor hun vertrek moeten afhaken. Zijn moeder was plots ziek geworden.'
Zucht. 'Daar gaan mijn rustige avonden met mijn boek. Nu zit ik met zo'n stel lawaaierige jongeren opgescheept.'
Er golft een glimlach over het gezicht van de reisleider.
'Ik ben blij dat alvast één van ons het grappig vindt.'
'Geloof me, het zou wel eens fijner kunnen zijn dan u ooit zou kunnen vermoeden...' Zonder verdere uitleg te geven, laat hij haar achter.
Vrijwel meteen stapt een aantrekkelijke jongeman de bus op. Hij kijkt haar aan, net iets te lang. 'Ik geloof dat u bij ons op de kamer mag. Het is me een waar genoegen u te mogen helpen met uw bagage.' Zonder een antwoord af te wachten, neemt hij haar handtas van haar over. Me-time wordt zwaar overschat, denkt ze, en nu kan ze ook niet anders dan glimlachen.