De Lift
Hijgend stond ik voor de lift in het hotel. Ik was op het nippertje ontsnapt aan die griezel. Mijn hart ging tekeer, het bonsde in mijn keel en het voelde twee keer zo groot. Een zweetdruppel rolde over mijn voorhoofd en mijn hele rug was nat. Mijn hoofd deed zeer en ik voelde me vies.
“Waar blijft die klotelift toch? Altijd als je hem nodig hebt, komt ie niet!”
Ik schopte tegen de deuren en sloeg er met mijn handen op.
“Schiet op verdomme, kom op!” schreeuwde ik.