Partner (roze koffertje deel 6)
“Waarom liet die ouwe knar toch niets meer van zich horen?”
Tandenknarsend trok de wetenschapper de wielen van zijn rolstoel vanonder zijn desk.
Zijn partner had de vorige meeting met de geldschieters gemist.
Hij was zelf heel wat minder sociaal verantwoord communicatief, en het inspringen voor gekke Savens had hem bloed, zweet en tranen gekost.
Om nog over zijn bloeddruk te zwijgen.
Bij elke gelegenheid waar ie zelf moest spreken maakte die pieken waar de meest getalenteerde hoogspringer nog wat van kon leren.
Waar zat die man toch.
Net nu ze zo dicht bij een oplossing kwamen voor zijn dochter.
Ach de lieve Silvia, dan kon ze eindelijk de waarheid horen.
Kon ze eindelijk te weten komen wie ze was.
Zo veel was er voor haar geheim gehouden.
Savens had altijd gezegd dat men niet kon missen waar men geen weet van had, daarom had ie haar altijd in de waan gehouden dat ze een normaal meisje was, uit een normale familie.
Gewoon, zonder mama. Arm kind.
Zelf had ie haar enkel via de DimCam gezien, telkens wanneer ze bij haar vader op bezoek kwam.
De DimCam! “Natuurlijk!” riep ie luid tegen zichzelf.
Hij had het ding in geen maanden meer gebruikt. De laatste tijd werd er met modernere apparatuur gecommuniceerd, maar daar gaf Savens geen gehoor. Met wat geluk had die ouwe de DimCam nooit weg gehaald.
Knorrend rolde Banter richting de lift die hem naar zijn kelder bracht, waar ie zijn exemplaar van de DimCam ging oprakelen.
Zijn kelder lag vol verslagen.
Dimensie coördinaten, Bio-atmosfeer gradaties, Celaanpassingresultaten.
Supercomputers waarin elke huidschilfer van elk van hen, en vooral van Sil, duizenden keren onder de loep is genomen. Binnenstebuiten gekeerd, aangepast, teruggeformeerd, bewerkt met dna sporen van zowat elke bestaande homo sapienachtige uit zowat elke bezochte dimensie.
De laatste resultaten waren heel hoopvol geweest naar dna bewerking toe, om iedereen onbeperkt de toegang tot andere dimensies te kunnen geven zonder immuniteitsreacties.
De testklassen met de hominoidea zitten alvast nog steeds in hun specifieke doeldimensies zonder enige bijwerkingen.
Zodra de geldschieters hun akkoord geven kan er getest worden op mensen.
Uit verschillende dimensies.
En dan, pas dan, zo was jaren geleden al afgesproken, zouden ze samen zitten met Silvia, zou Savens haar eindelijk vertellen waar er al zo lang zo veel geheimen over zijn.
En dan, kan ze eindelijk dat roze koffertje openen.
Haar moeder zal zo blij zijn! Alles komt zo dicht bij!
Maar waarom laat Savens toch niets van zich horen, zou ie ziek zijn?
We zijn beide geen jonge snaken meer natuurlijk, vorige maand lag ie zelf nog onder het mes, bedacht ie zich.
Toen was ie ook voor niets of niemand te bereiken.
Nu toch maar eerst die DimCam bovenhalen en kijken of die wat meer informatie kon bieden.
Hij rolde recht naar een doos vol technische snufjes, en haalde er een ijzeren ding uit die nog het best vergeleken kon worden met een grote spinvorm met een oog ter grootte van een hand.
Hij haalde een tube uit een van de lades van een van de vele kasten die in de kelder stonden gestockeerd en duwde er een vingertopje koele gel uit, die hij vervolgens op het gladde oppervlak bovenop het oog van de metalen spin smeerde.
Uit zichzelf begon er een klein scherm te ontstaan.
Hij zag de eetkamer van zijn partner.
Gelukkig! De corresponderende DimCam stond nog steeds opgesteld.
De luie ouwe knar had hem kennelijk nooit uitgeschakeld.
Maar, wat is dat nu? Enkel de lange houten tafel is er nog te zien, en enkele stoelen.
Waar is al de rest naartoe?
Hij zou toch niet verhuisd zijn zonder het te zeggen? Of…
Hij vreesde het ergste, 1 ding was duidelijk, hij moest erheen, hij moest weten wat er gebeurd was, en in het ergste geval, de ouwe knar zijn ouderlijke taak overnemen.
Hij stak de tube in zijn zak en rolde terug de lift in, naar boven, om in te gaan pakken.
Mooi gedaan!